Met de opening van de gelijknamige tentoonstelling in het Nederlands Architectuur Instituut heeft een prachtig boek het licht gezien: ‘Team 10 / 1953-1981, in search of a Utopia of the present’.

Zo goed als iedere zondag ga ik voor de bijl. Soms doe ik een halfslachtige poging voorbij mijn krantenkiosk op het Spui te lopen, maar iets trekt mij naar binnen.

Stel dat Samir Azzouz zich in Delft had ingeschreven om scheikundige technologie te gaan studeren. Experimenteren bij de explosiegroep, dat spreekt zo’n jongen natuurlijk wel aan.

De helft van het voedsel dat wereldwijd verbouwd wordt, groeit dankzij een uitvinding van Fritz Haber: kunstmest. Dat er van deze wetenschapper niet overal standbeelden staan is te wijten aan zijn tweede belangrijke vondst, het gifgas dat van de Eerste Wereldoorlog een hel maakte.

In opzet zou het een klein boekje worden, maar met zo’n groot onderwerp bleek dat een mogelijk. ‘De oerknal’ van Simon Singh valt dan ook met een flinke plof op tafel.

De overlap van de KMT met de eerste collegeweek leidt tot slapen in de collegebanken. Althans dat constateert het college van bestuur (Delta 32).In een brief vroeg het college de studentenverenigingen te kiezen: of de Owee vervroegd, of de KMT ingekort.

Er is niks mis mee om de wetenschapsgeschiedenis te zien als een opvolging van genieën of een optocht van ideeën, maar de moderne wetenschap heeft minstens zoveel te danken aan instituties. John Gribbin schreef een boek over de ontstaansgeschiedenis van de invloedrijkste, de Royal Society.