Opinion

Zinloze vragen

Telemarketing is een straf. Zo langzamerhand kunnen alleen degenen die ter observatie in het Pieter Baan Centrum zijn opgenomen aan deze vorm van telefoonterreur ontsnappen.

Een vraaggesprek over de diepere betekenis van vloeibaar wasmiddel zal voor de meeste mensen even ongewenst zijn als een middernachtelijke hijger. Het voordeel van een hijger is evenwel dat hij je geen direct mail stuurt.

En dan die vragen. Eerst laat de interviewer je zoveel mogelijk whisky’s opnoemen, om dan de onvermelde merken nog even aan je voor te lezen. Dit sterkt het vermoeden dat het onderzoek alleen reeds bekende feiten kan opleveren: driekwart van de mensen vormt 75 procent van de bevolking, huishoudens bevatten gemiddeld meer personen dan broodroosters, en slechts weinigen roken pijp onder het douchen. Allicht zal er een zwak verband bestaan tussen bruine-bonenconsumptie en de voorkeur voor drie- of vierlagig toiletpapier, maar hoe de producent dit commercieel gaat uitbaten blijft een raadsel.

Ondanks de evidente zinloosheid van de ondervraging, valt het niet mee het gesprek bruut te beëindigen. Telemarketeers hebben altijd iets dwingends dat je belet de hoorn erop te gooien. Bovendien is vanaf het eerste contact duidelijk dat ze je weten te vinden, dus verzet is zinloos. De frasen ,,Mag ik u wat vragen?” en ,,En mag ik vragen waarom niet?”, moet je daarom terstond beantwoorden met ,,Nee, dat mag u niet!” en ,,Nee, dat mag u niet!”. Elke andere reactie wekt immers de indruk dat je een redelijk mens bent en dan valt overal over te praten, zelfs over wasmiddel.

Als de telemarketeer desondanks blijft aandringen, dan hoef je hem ook niet tegen zichzelf te beschermen. Sla een telefoonboek open en wacht op de vraag over de biermerken. Begin dan met voorlezen, en bezweer dat Adrichem, Akker en Ammerlaan echt goed binnen te houden zijn.

Telemarketing is een straf. Zo langzamerhand kunnen alleen degenen die ter observatie in het Pieter Baan Centrum zijn opgenomen aan deze vorm van telefoonterreur ontsnappen. Een vraaggesprek over de diepere betekenis van vloeibaar wasmiddel zal voor de meeste mensen even ongewenst zijn als een middernachtelijke hijger. Het voordeel van een hijger is evenwel dat hij je geen direct mail stuurt.

En dan die vragen. Eerst laat de interviewer je zoveel mogelijk whisky’s opnoemen, om dan de onvermelde merken nog even aan je voor te lezen. Dit sterkt het vermoeden dat het onderzoek alleen reeds bekende feiten kan opleveren: driekwart van de mensen vormt 75 procent van de bevolking, huishoudens bevatten gemiddeld meer personen dan broodroosters, en slechts weinigen roken pijp onder het douchen. Allicht zal er een zwak verband bestaan tussen bruine-bonenconsumptie en de voorkeur voor drie- of vierlagig toiletpapier, maar hoe de producent dit commercieel gaat uitbaten blijft een raadsel.

Ondanks de evidente zinloosheid van de ondervraging, valt het niet mee het gesprek bruut te beëindigen. Telemarketeers hebben altijd iets dwingends dat je belet de hoorn erop te gooien. Bovendien is vanaf het eerste contact duidelijk dat ze je weten te vinden, dus verzet is zinloos. De frasen ,,Mag ik u wat vragen?” en ,,En mag ik vragen waarom niet?”, moet je daarom terstond beantwoorden met ,,Nee, dat mag u niet!” en ,,Nee, dat mag u niet!”. Elke andere reactie wekt immers de indruk dat je een redelijk mens bent en dan valt overal over te praten, zelfs over wasmiddel.

Als de telemarketeer desondanks blijft aandringen, dan hoef je hem ook niet tegen zichzelf te beschermen. Sla een telefoonboek open en wacht op de vraag over de biermerken. Begin dan met voorlezen, en bezweer dat Adrichem, Akker en Ammerlaan echt goed binnen te houden zijn.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.