‘Allochtonen een gat in de markt’

Bijna altijd hebben ze extra tijd nodig, met alle financiële gevolgen van dien. Volgens ex-staatssecretaris Cohen is dat reden om te denken aan extra studiefinanciering voor allochtonen – op te brengen door de universiteiten zelf.

Prof.mr.dr. M.J. Cohen, nu rector van de universiteit in Maastricht, sprak vorige week op een conferentie van de VSNU en het ‘expertisecentrum’ ECHO – dat hij zelf in zijn vorige functie heeft opgezet om het allochtonenbeleid in het hoger onderwijs te ondersteunen.

Op de conferentie werd duidelijk dat er nog veel moet gebeuren wil er een behoorlijk aantal allochtonen naar de universiteit komen en daar bovendien een diploma halen. Er liggen al barrières op de lagere en middelbare school; het ministerie probeert die te slechten door ‘schakelklassen’ met taalcursussen en extra begeleiding. Maar ook van de allochtonen die het vwo afmaken, haalt maar een klein deel een universitair diploma. Op de aanpak van dat probleem spitste de discussie zich toe.

Cohen wees allereerst op het belang van de kwestie. Volgens hem blijft in ons land een groot potentieel aan talenten onbenut door de universiteiten. Dat is niet alleen slecht voor de emancipatie van allochtone bevolkingsgroepen. Het is ook een gat in de markt voor de universiteiten, die kampen met dalende aantallen studenten. Alleen al uit eigenbelang zouden de universiteiten allochtonen betere kansen moeten geven om hun achterstand weg te werken. Cohen: ,,Ongeveer zestig procent van de Amsterdammers onder de 24 jaar bestaat uit allochtonen. Ik bedoel maar.”
Stufi

De inperking van de studiefinanciering is volgens Cohen nu een van de belangrijkste barrières. Veel allochtonen kunnen de universiteit alleen via de omweg van mbo en hbo bereiken; daarvoor komen ze echter jaren studiefinanciering tekort. En ook de weinigen die direct naar de universiteit gaan, komen vaak in tijdnood omdat ze een achterstand in taal en cultuur hebben weg te werken.

De oud-staatssecretaris vindt daarom dat er gedacht moet worden over extra studiefinanciering voor allochtone studenten. Over de precieze vorm van zo’n maatregel is volgens hem nog discussie nodig. Maar hij denkt wel dat het maatwerk moet worden, omdat een extra beurs voor alle allochtonen tot ‘stigmatisering’ van deze groep zou leiden. Volgens Cohen zouden de universiteiten zelf de extra beurzen moeten betalen; en zij moeten ook de voorwaarden bepalen. ,,Dat zou een flexibilisering van het hele stelsel van studiefinanciering inhouden”, beseft hij. Maar dat is ook precies wat de VSNUnastreeft.

Een topambtenaar van het ministerie, drs. S.P. van den Eijnden, reageerde op de conferentie positief op het idee van Cohen. Ook hij vindt dat de uitvoering ervan in handen van de universiteiten hoort, want een landelijke regeling kan alleen maar globaal en star zijn. ,,En dat is doodzonde”, aldus Van den Eijnden. (HOP/A.v.d.P.)

Er zijn nog steeds zoveel hindernissen voor allochtone studenten dat zelfs de meest getalenteerden moeite hebben om een universitair diploma te halen. Bijna altijd hebben ze extra tijd nodig, met alle financiële gevolgen van dien. Volgens ex-staatssecretaris Cohen is dat reden om te denken aan extra studiefinanciering voor allochtonen – op te brengen door de universiteiten zelf.

Prof.mr.dr. M.J. Cohen, nu rector van de universiteit in Maastricht, sprak vorige week op een conferentie van de VSNU en het ‘expertisecentrum’ ECHO – dat hij zelf in zijn vorige functie heeft opgezet om het allochtonenbeleid in het hoger onderwijs te ondersteunen.

Op de conferentie werd duidelijk dat er nog veel moet gebeuren wil er een behoorlijk aantal allochtonen naar de universiteit komen en daar bovendien een diploma halen. Er liggen al barrières op de lagere en middelbare school; het ministerie probeert die te slechten door ‘schakelklassen’ met taalcursussen en extra begeleiding. Maar ook van de allochtonen die het vwo afmaken, haalt maar een klein deel een universitair diploma. Op de aanpak van dat probleem spitste de discussie zich toe.

Cohen wees allereerst op het belang van de kwestie. Volgens hem blijft in ons land een groot potentieel aan talenten onbenut door de universiteiten. Dat is niet alleen slecht voor de emancipatie van allochtone bevolkingsgroepen. Het is ook een gat in de markt voor de universiteiten, die kampen met dalende aantallen studenten. Alleen al uit eigenbelang zouden de universiteiten allochtonen betere kansen moeten geven om hun achterstand weg te werken. Cohen: ,,Ongeveer zestig procent van de Amsterdammers onder de 24 jaar bestaat uit allochtonen. Ik bedoel maar.”
Stufi

De inperking van de studiefinanciering is volgens Cohen nu een van de belangrijkste barrières. Veel allochtonen kunnen de universiteit alleen via de omweg van mbo en hbo bereiken; daarvoor komen ze echter jaren studiefinanciering tekort. En ook de weinigen die direct naar de universiteit gaan, komen vaak in tijdnood omdat ze een achterstand in taal en cultuur hebben weg te werken.

De oud-staatssecretaris vindt daarom dat er gedacht moet worden over extra studiefinanciering voor allochtone studenten. Over de precieze vorm van zo’n maatregel is volgens hem nog discussie nodig. Maar hij denkt wel dat het maatwerk moet worden, omdat een extra beurs voor alle allochtonen tot ‘stigmatisering’ van deze groep zou leiden. Volgens Cohen zouden de universiteiten zelf de extra beurzen moeten betalen; en zij moeten ook de voorwaarden bepalen. ,,Dat zou een flexibilisering van het hele stelsel van studiefinanciering inhouden”, beseft hij. Maar dat is ook precies wat de VSNUnastreeft.

Een topambtenaar van het ministerie, drs. S.P. van den Eijnden, reageerde op de conferentie positief op het idee van Cohen. Ook hij vindt dat de uitvoering ervan in handen van de universiteiten hoort, want een landelijke regeling kan alleen maar globaal en star zijn. ,,En dat is doodzonde”, aldus Van den Eijnden. (HOP/A.v.d.P.)