Kwaliteit moet beloond worden, en daarom wil de TU het allocatiemodel aanscherpen. Wetenschappenlijke publicaties in gerenommeerde tijdschriften leveren het meest op.
Wie een interessante buitenlandse site vindt, neemt een link daarheen op in zijn eigen homepage. Maar hoeveel wetenschappers elders op de wereld vinden Delftse pages eigenlijk het vermelden waard? De zoektocht gaat verder Europa in.
De Noor Johan Vaaler kreeg in 1901 octrooibescherming voor een omgebogen ijzerdraadje. De paperclip is sindsdien fotohanger, pulkhaakje en boekenlegger.
.chap Onderzoeker bootst stromingen levensecht naHet nabootsen van stromingen is typisch iets om aan computers over te laten. Maar wat als de wetenschapper overstroomd raakt door de gegevens zelf? Laat ook dat de computer opknappen, vindt dr.i
Internet op een pc langzaam? Probeer dan maar eens met een laptop en een gsm-telefoon verbinding te leggen. Dan blijkt het nog veel erger te kunnen.
Onderzoeksprogramma’s willen nog wel eens doodbloeden als de geldkraan wordt dichtgedraaid, maar als de wetenschappers het erg leuk vinden, gaan ze ook zonder wel door.
Wiskundige vakbladen genieten geen reputatie van grote leesbaarheid. Een blik in bijvoorbeeld de International Journal of Mathematics and Mathematical Sciences voldoet om te weten dat dat terecht is.
De nationale en stedelijke infrastructuur sluiten soms op elkaar aan als een vis op een fiets. Bewuster gebruik van de openbare ruimte kan de kloof tussen deze verkeersnetwerken slechten, meent bouwkundig ingenieur Han Meyer.
De TU kickt op grote namen. Met Shell moet er samengewerkt worden, met Philips, Boeing, IBM. Dat is het gezelschap waar Delft bij hoort. Maar de èchte innovaties vinden vaak elders plaats, op een achterkamer, in een kleine werkplaats.
Geen dikke stapels papier, wel een grote deskundigheid en inzet op het gebied van enkele geselecteerde thema’s. Dat wordt van onderzoekers gevraagd die aan een interfacultair onderzoekscentrum willen meewerken.