Campus

Kruipen, klimmen en waden

Rond de zeshonderd wedstrijdlopers en recreanten doorkruisten zaterdag de TU-wijk en het Technopolis-terrein. Langs het parkoers van de ‘Survival Strijd 2016’ bedwongen zij tientallen hindernissen, waarbij touwen, autobanden, balken en water een belangrijke rol speelden.

Een week lang is de organisatie bezig geweest met het opbouwen van de soms zeer ingenieus geconstrueerde hindernissen met illustere namen als Khomeinibrug, ‘Gekke stokjes swingover’ of Hordenbos. Voor de wedstrijdlopers 41 in totaal, langs het 9 kilometer lange parkoers. Ruim 50 kilo bananen voor de ravitaillering en twee kilometer aan touw was er ingeslagen, om maar aan te geven dat de Survival Strijd van studentenbuitensportvereniging Slopend geen klein bier is.

Survival is een mix van brute kracht en fijne techniek. Onder netten door kruipen, klimmuurtjes bedwingen of een stukje kanoën behoren tot de lichtere opdrachten. Waarnemer Stefan Lampaert doet voor hoe de deelnemers voorovergebogen door het water door een zestig meter lange duiker onder de Heertjeslaan moeten waden, onderwijl een baksteen meetorsend naar de overzijde.
“Leuk toch?”, zegt hij enthousiast. “Iedereen krijgt een polsbandje om”, doceert hij. “Als je een hindernis niet haalt wordt je bandje afgepakt, dus je moet alles zo efficiënt mogelijk doen om voldoende kracht over te houden voor de volgende hindernis. Het doel is om met bandje aan te finishen, de tijd is voor veel mensen minder belangrijk.”

Niet lang na de snelste man, Sjoerd Vermeer (met een tijd van 01.10.35), worstelt ook Astrid Sibon als eerste vrouw zich door de laatste indrukwekkende stellage, een dubbele cat crawl. “Is het goed zwaar geweest?”, vraagt de speaker haar zodra ze de finishbel heeft geluid. ‘Mwoah’, gebaart de Groningse, alsof ze zojuist een wandelingetje door het park heeft gemaakt. Ze wijst op een pijnlijke plek in haar zij waarvan ze bijna de hele race last heeft gehad. Bij een van de eerste hindernissen kwam zij nogal hardhandig in aanraking met een houten plank.

De even later op de unit sport finishende Leonie van de Graaf, later gestart dan Sibon, blijkt de snelste tijd in het vrouwenklassement te hebben neergezet met 01.20.09. De nummer drie van het NK Top Survival Circuit heeft de wedstrijd als ‘een soort training’ ervaren. “Normaal doe ik survivalruns van 20, 25 kilometer”, zegt ze. Wat haar aantrekt in deze sport? “Ik hou van afzien.”

Hoe later er wordt gestart, hoe losser de sfeer. Een enkeling komt doodleuk met een blikje bier in de hand naar het startvak aangelopen. Hij neemt het nog net niet mee tijdens de loop die voor de recreanten 5,5 kilometer lang is en 29 hindernissen beslaat. Na de race wacht ook hem de mogelijkheid om heerlijk te ontspannen in een van de opgestelde hottubs, maar eerst moet er nog even flink worden afgezien.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.