(De auteur is voorzitter van de VSSD) Het Studenten Service Centrum moet een ‘inloopspreekuur’ invoeren, vindt VSSD-voorzitter Engelsman. Hij betwijfelt of de studieadviseurs van de faculteiten al het werk van het studentenadviesbureau kunnen overnemen.
br />
Het lijkt erop dat de TU haar studenten binnenkort op centraal niveau geen studieadvisering meer aanbiedt. Want de inloopfunctie, ofwel de eerstelijns begeleiding zoals we die nu kennen van het studentenadviesbureau, valt weg.
Volgens de plannen die nu voor het nieuwe Studenten Service Centrum (SSC) op tafel liggen wordt op studieadvisering een soort huisartsenmodel losgelaten. Studenten kloppen voortaan eerst aan bij hun studieadviseur (de huisarts), die vervolgens voor de gevallen waar hij zelf niets mee kan doorverwijst naar een studentendecaan op centraal niveau (de specialist). Om een aantal redenen gaat deze vlieger niet op.
De meeste onderwerpen waar de TU studenten op centraal niveau over zou moeten adviseren betreffen namelijk géén specialistische, maar juist algemene zaken. Te denken valt aan studiefinanciering, huisvestingsproblemen, psychische problemen, sollicitatiebegeleiding, afstudeersteun, enzovoort. Ik zie geen enkele reden om studenten daarvoor eerst naar hun studieadviseur te sturen. Het zou zelfs inefficiënt zijn. De studieadviseurs zijn nu al overbezet, wat tot lange wachttijden leidt.
De studieadviseurs zijn extra studenten met vragen waar ze toch niet op kunnen antwoorden waarschijnlijk liever kwijt dan rijk. Voor de student is het ondoenlijk om voor elk vraagje betreffende zijn studiebeurs maanden van te voren een afspraak te moeten maken met zijn studieadviseur, om vervolgens direct te worden doorverwezen naar een studentendecaan die het wel weet.
Objectiviteit
Een ander probleem dat zich aandient betreft de positie van de studieadviseur. Uit een notitie van het Delftsch Overleg over studieadvisering aan de TU blijkt onder andere dat de studieadviseur niet altijd even objectief is en onvoldoende doorverwijst naar andere hulpverlenende instanties. Vanuit de VSSD heb ik de ervaring dat vooral de weinig objectieve houding ernstige vormen kan aannemen.
Studieadviseurs blijken het belang van de faculteit meestal hoger te hebben dan dat van de student. Dat is ook verklaarbaar, zij worden tenslotte door de faculteit aangesteld en betaald. Daarnaast hebben ze vaak zitting in allerlei andere gremia binnen de faculteit, zoals de examencommissie. Deze weinig objectieve positie maakt de studieadviseurs ongeschikt om de volledige eerstelijns studentenzorg van de TU op zich te nemen. Er moet aan de TU dan ook een onafhankelijke adviserende instantie zijn waar studenten op elk gewenst moment met problemen terecht kunnen.
Het probleem zit hem vooral in het doorverwijzen. Zonder doorverwijzen blijft er van het huisartsenmodel weinig over. Studieadviseurs blijken niet geneigd de ‘vuile was’ van defaculteit buiten te hangen en zullen dan ook zoveel mogelijk proberen de gerezen problemen zelf op te lossen. Daarbij komt bovendien dat de studieadviseurs volgens het nieuwe organisatiemodel beoordeeld zullen worden door de studentendecanen waarnaar ze moeten doorverwijzen. Teveel doorverwijzen zou kunnen worden geïnterpreteerd als een gebrek aan kennis.
Afschrikken
Naast deze praktische bezwaren denk ik dat de TU naar buiten toe geen goede beurt maakt met het afschaffen van een toegankelijk adviesbureau. Een gebrek aan voorlichting kan aankomend eerstejaars afschrikken om naar Delft te komen. Voor aankomend studenten of studenten uit het buitenland kan toegankelijke voorlichting van groot belang zijn voor een goede start in Delft. Deze service mag de TU hen niet onthouden.
Om bovengenoemde redenen wil ik ervoor pleiten om in het Studenten Service Centrum een eerstelijns inloopspreekuur voor studenten aan te bieden. Juist het Studenten Service Centrum zoals dat binnenkort van de grond moet komen biedt de mogelijkheid om de studieadvisering in het algemeen te verbeteren. Daarbij spelen de studieadviseurs een belangrijke rol. Door een aantal taken van het huidige studentenadviesbureau aan de studieadviseurs te delegeren ontstaat een meer efficiënte werkwijze dan nu het geval is. Daarnaast lijken de plannen voor een betere afstemming tussen centraal en decentraal niveau zeer waardevol.
Het zou jammer zijn als het verdwijnen van centrale eerstelijns advisering roet in het eten zou gooien.
Chris Engelsman
Het Studenten Service Centrum moet een ‘inloopspreekuur’ invoeren, vindt VSSD-voorzitter Engelsman. Hij betwijfelt of de studieadviseurs van de faculteiten al het werk van het studentenadviesbureau kunnen overnemen.
Het lijkt erop dat de TU haar studenten binnenkort op centraal niveau geen studieadvisering meer aanbiedt. Want de inloopfunctie, ofwel de eerstelijns begeleiding zoals we die nu kennen van het studentenadviesbureau, valt weg.
Volgens de plannen die nu voor het nieuwe Studenten Service Centrum (SSC) op tafel liggen wordt op studieadvisering een soort huisartsenmodel losgelaten. Studenten kloppen voortaan eerst aan bij hun studieadviseur (de huisarts), die vervolgens voor de gevallen waar hij zelf niets mee kan doorverwijst naar een studentendecaan op centraal niveau (de specialist). Om een aantal redenen gaat deze vlieger niet op.
De meeste onderwerpen waar de TU studenten op centraal niveau over zou moeten adviseren betreffen namelijk géén specialistische, maar juist algemene zaken. Te denken valt aan studiefinanciering, huisvestingsproblemen, psychische problemen, sollicitatiebegeleiding, afstudeersteun, enzovoort. Ik zie geen enkele reden om studenten daarvoor eerst naar hun studieadviseur te sturen. Het zou zelfs inefficiënt zijn. De studieadviseurs zijn nu al overbezet, wat tot lange wachttijden leidt.
De studieadviseurs zijn extra studenten met vragen waar ze toch niet op kunnen antwoorden waarschijnlijk liever kwijt dan rijk. Voor de student is het ondoenlijk om voor elk vraagje betreffende zijn studiebeurs maanden van te voren een afspraak te moeten maken met zijn studieadviseur, om vervolgens direct te worden doorverwezen naar een studentendecaan die het wel weet.
Objectiviteit
Een ander probleem dat zich aandient betreft de positie van de studieadviseur. Uit een notitie van het Delftsch Overleg over studieadvisering aan de TU blijkt onder andere dat de studieadviseur niet altijd even objectief is en onvoldoende doorverwijst naar andere hulpverlenende instanties. Vanuit de VSSD heb ik de ervaring dat vooral de weinig objectieve houding ernstige vormen kan aannemen.
Studieadviseurs blijken het belang van de faculteit meestal hoger te hebben dan dat van de student. Dat is ook verklaarbaar, zij worden tenslotte door de faculteit aangesteld en betaald. Daarnaast hebben ze vaak zitting in allerlei andere gremia binnen de faculteit, zoals de examencommissie. Deze weinig objectieve positie maakt de studieadviseurs ongeschikt om de volledige eerstelijns studentenzorg van de TU op zich te nemen. Er moet aan de TU dan ook een onafhankelijke adviserende instantie zijn waar studenten op elk gewenst moment met problemen terecht kunnen.
Het probleem zit hem vooral in het doorverwijzen. Zonder doorverwijzen blijft er van het huisartsenmodel weinig over. Studieadviseurs blijken niet geneigd de ‘vuile was’ van defaculteit buiten te hangen en zullen dan ook zoveel mogelijk proberen de gerezen problemen zelf op te lossen. Daarbij komt bovendien dat de studieadviseurs volgens het nieuwe organisatiemodel beoordeeld zullen worden door de studentendecanen waarnaar ze moeten doorverwijzen. Teveel doorverwijzen zou kunnen worden geïnterpreteerd als een gebrek aan kennis.
Afschrikken
Naast deze praktische bezwaren denk ik dat de TU naar buiten toe geen goede beurt maakt met het afschaffen van een toegankelijk adviesbureau. Een gebrek aan voorlichting kan aankomend eerstejaars afschrikken om naar Delft te komen. Voor aankomend studenten of studenten uit het buitenland kan toegankelijke voorlichting van groot belang zijn voor een goede start in Delft. Deze service mag de TU hen niet onthouden.
Om bovengenoemde redenen wil ik ervoor pleiten om in het Studenten Service Centrum een eerstelijns inloopspreekuur voor studenten aan te bieden. Juist het Studenten Service Centrum zoals dat binnenkort van de grond moet komen biedt de mogelijkheid om de studieadvisering in het algemeen te verbeteren. Daarbij spelen de studieadviseurs een belangrijke rol. Door een aantal taken van het huidige studentenadviesbureau aan de studieadviseurs te delegeren ontstaat een meer efficiënte werkwijze dan nu het geval is. Daarnaast lijken de plannen voor een betere afstemming tussen centraal en decentraal niveau zeer waardevol.
Het zou jammer zijn als het verdwijnen van centrale eerstelijns advisering roet in het eten zou gooien.
Chris Engelsman

Comments are closed.