Wetenschap

Selling ice-cream in Ghana

Delta and Delft Integraal/Outlook often write about innovative ideas that offer big promises for the future. But what has happened to such ideas a couple years on? What for instance has happened to ‘Ghana Moves’, a hand-driven tricycle for disabled street vendors?

Delta 11-01-2007
‘A bicycle for the unemployed and disabled, so they could sell ice-cream. In Africa, TU Delft inventions can make a difference.’ 

Two years ago, four industrial design students went to Accra, Ghana, with a mission: to invent something that would make the lives of the disabled and unemployed easier. They came up with an unexpected idea: a hand-driven tricycle that street vendors could use to sell ice-cream. “It’s perhaps surprising to sell ice-cream in a third world country, but the people of Ghana love ice-cream as much as we do. We wanted to develop something that would make it possible for the street vendors to be mobile, make money and become more independent. They are very enthusiastic about this project, because this brings them new opportunities in life. Now they no longer have to beg”, says Esther Blom, of the Delft Centre for Entrepreneurship (Technology, Policy and Management).

But the last two years have also revealed that there is a downside to selling ice-cream. “Ice-cream weighs a lot. There were lots of complaints about that”, says Blom. ‘Ghana Moves’ is therefore now talking with a local bakery about selling bread rolls instead. “The street vendors could for instance use their bikes to deliver bread to hotels”, Blom explains. “In this project, it all comes down to working together with local businesses.”

Blom is collaborating on a spin-off of the ‘Ghana Moves’ project in Ukraine. Under the name of ‘Ukraine Moves’, two business students are currently looking into developing the tricycle for this country in Eastern Europe. “The students showed a Ukrainian boy in a wheelchair pictures of our bike. He was so enthusiastic that he almost fell out of his chair”, Blom says. “We’ve also done research in India. Perhaps we could connect the bicycle there to selling clean drinking water.”

Blom is looking for students who would like to help further develop these spin-offs, and she emphasises that students can learn a lot by participating in such projects: “We teach them to create technical solutions in a different context. They have to make smart choices. The second group of students who worked on the tricycle in Ghana for instance, came up with great improvements; they changed the wheel suspension system so the bicycle was lighter and easier to use. Since last year, we have a minor in international entrepreneurship and development. It’s great to see the ideas students come up with each time. This year we’re working on a fridge for developing countries. Our course was full in two days time, which shows just how popular it is for students to come up with innovative solutions for helping people in the third world.”

Nederland krijgt daarmee volgens Tennet ‘s werelds eerste ondergrondse 380-kiloVolt-kabels. De afstand wordt in gedeelten over een 87 kilometer lang tracé ingepast onder meer bij Delft, langs de oostkant van Hoofddorp en onder het Noordzeekanaal. Ook gaat tien kilometer tussen Wateringen en Zoetermeer onder de grond.
Het project sluit mooi aan bij het besluit van het kabinet om vanaf 2012 het totale aantal kilometers bovengrondse hoogspanningslijnen niet verder toe te laten nemen. Dit om horizonvervuiling tegen te gaan. Als ergens nieuwe bovengrondse 380 kV-lijnen komen, moeten deze verbindingen bijvoorbeeld in plaats komen van een bestaande verbinding of moet een kabel van een lager voltage ondergronds worden gebracht.
Het ondergronds brengen van lagevoltagekabels (110kV, 150kV) is relatief makkelijk. Daar is al decennialang ervaring mee opgedaan. Tennet wil onderzoeken of het ook mogelijk is om delen van de hoogvoltagekabels, die de ruggengraat vormen van de Nederlandse elektriciteitsvoorziening, ondergronds te brengen. Dat zou wenselijk zijn op plekken waar hoogspanningslijnen dichtbij woonwijken komen. Of op plekken waar de verbinding landschappelijk of ecologisch waardevolle gebieden doorsnijdt.
“Uit een simulatie van de TU is gebleken dat het mogelijk moet zijn om twintig kilometer ondergronds te brengen zonder dat de leveringszekerheid van het net in het geding komt”, laat een persvoorlichter van Tennet weten. Dat wordt nu in de praktijk getest.
Hoogleraar elektriciteitsvoorziening prof.dr.ir. Lou van der Sluis van de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica zal de kabels de komende zes à acht jaar monitoren. De studie moet antwoord geven op de vraag of het op termijn verantwoord is om nog grotere afstanden ondergronds aan te leggen.
Een ondergrondse kabel gedraagt zich, elektrotechnisch gezien, anders dan een bovengrondse lijn. Bij bovengrondse kabels zorgt de lucht voor goede isolatie. Onder de grond moet een andere vorm van isolatie worden bedacht. De – vaak natte – grond is daar niet toe in staat. Daarom worden de kabels omgeven door een laag kunststof, aldus professor Van der Sluis.
Probleem van kunststof is dat het te goed isoleert. Doordat kunststof zo goed isoleert, ontstaan plaatselijk spanningsverhogingen. Die moeten met spoelen worden gecompenseerd om de vermogensbalans op het net te handhaven.
Bij bestaande ondergrondse distributienetten, ontstaan nu ook al spanningsverhogingen. Maar die zijn klein vergeleken met de spanningsverhogingen die ontstaan bij 380 kV-kabels. Over grotere afstanden zijn de spanningsverhogingen die bij ondergrondse hoogspanningskabels zouden ontstaan, nog niet beheersbaar.
Ook wordt de warmteafvoer onderzocht van de kabels als ze langere tijd intensief worden gebruikt. “En we willen er ook achterkomen wat er met het net gebeurt als het heel koud is”, laat de Tennet-persvoorlichter weten.
Tijdens de aanleg van het twintig kilometer lange kabeltracé in de Randstad en nadat de kabels in gebruik zijn genomen, worden op internationaal niveau ervaringen uitgewisseld en kennis samengebracht. Deze maand nog gaat een internationale werkgroep van start, waarin Tennet en de TU Delft in zitten. Tegelijk zal Tennet samenwerken met de netwerkbeheerder van Denemarken. Daar bestaan ook plannen voor het ondergronds aanleggen van 380kV kabels.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.