Campus

Tekentafeltalenten – Grote Vriendelijke Reus onder de pedaalemmers

Ze zijn vies, lelijk en ook nog eens lastig te bedienen. Aan ondergrondse afvalcontainers valt nog genoeg te verbeteren. Dus waarom ze niet meteen een beetje mooier maken, dacht IO-student Tim Janssen, en hij ontwierp de Lift Off.


Héb je eindelijk een gezellige kamer of starterswoning, kijk je tegen zo’n grauwe, grijze afvalcontainer aan. Hartstikke handig, die ondergrondse vuilcontainers die steeds meer gemeenten in woonwijken plaatsen, maar de inwerpzuil die er bovenop staat blijft een spuuglelijk én vies ding.


“Gemeenten kijken alleen naar welk bedrijven die containers het voordeligst aanbieden, en bestellen ze vervolgens bij de goedkoopste”, weet Tim Janssen (24). Dus bekeek hij de bakken voor zijn bachelor-eindproject bij industrieel ontwerpen eens vanuit de andere kant: de afvalweggooier. “Het is niet te geloven, maar de enige die de container uiteindelijk gebruikt, is nog nooit echt meegenomen in het ontwerp.”


Het bedrijf voor wie hij zijn Lift Off ontwierp, Royal Bammens, heeft als Apple onder de prullenbakfabrikanten een naam hoog te houden. “Vraag iemand een openbare afvalbak te tekenen, en hij tekent er één van Bammens”, volgens Janssen. Niet zo gek dus dat de grote mannen daar wel blij werden van het vrolijke idee van de student; hij wil de containers namelijk laten begroeien. “Gebruikers klagen vooral over twee problemen van de huidige inwerpzuilen: er staan bijna altijd tóch vuilniszakken naast en de handgrepen zitten vast aan het inwerpluik, waardoor die altijd vies zijn.” Prima voor de gemiddelde zwerfkat, níet voor de overige gebruikers. 


Dus besloot de student er bloemetjes op te laten groeien. “Want wat mooi is, wil je niet stukmaken”, zegt hij olijk. Daarnaast is de Lift Off stukken gemakkelijker te bedienen dan de reguliere ontwerpen, door simpelweg op het plateau ervoor te gaan staan. “Dan zak je zelf een stukje naar beneden en gaat de bak open.” Een daadwerkelijke lift off, dus. “Eigenlijk is het gewoon een uit de kluiten gewassen pedaalemmer”, lacht Janssen.


Van zijn begeleiders op de TU kreeg hij een 8 voor zijn ontwerp en één van de directieleden riep tijdens de eindpresentatie al dat hij er één wil laten bouwen. Daar heeft de IO’er nog niks op gehoord. Ondertussen breekt hij zijn brein nog over die ene kleine, letterlijke kinderziekte: wat te doen met kinderen die de Lift Off zien als een soort hypermoderne wip? “Mensen onder de 45 kilo kunnen hem hoe dan ook niet openen”, anticipeerde Janssen, “maar daar laten vier kinderen samen zich natuurlijk niet door tegenhouden.” Door de dubbele trommel, die de huidige modellen veiligheidshalve ook al hebben, kunnen ze ook nooit echt in de ondergrondse container vallen. Dus maakt hij zich over het laatste struikelpuntje zijn ontwerp – de herrie die hij net als de huidige modellen maakt bij het openen en spelende kinderen – maar geen zorgen. “Dat is met een simpel dempertje op te lossen.” Eureka. 

Prof.dr. Bino gaat terug naar de Wageningen University, waar hij tot vorig jaar ook werkte. In het Wageningse blad Resource zei hij bij het bekend worden van zijn terugkeer dat de TU Delft ‘een geweldige universiteit’ is. “Maar er is ook veel mis.” Het blad schrijft dat Bino in Delft slecht kon aarden.

Verder wil Bino in het blad weinig kwijt over het waarom van zijn vertrek. Dat zou vooral zijn ingegeven door een toevallige samenloop van omstandigheden. “Speculaties dat het niet zou boteren tussen mij en de vorige decaan (rector magnificus Karel Luyben, red.) zijn onzin. Hij heeft me op alle manieren bijgestaan. Mijn hart ligt echter in Wageningen. Vergeleken bij andere universiteiten loopt Wageningen voorop in goede bedrijfsvoering.”
In een interview dat Bino vorig jaar gaf in deze krant, zei hij te verwachten dat hij langer dan vier jaar decaan zou blijven. Hij zag het destijds als een voordeel dat hij van elders naar de TU kwam. “Iemand van buiten heeft een frisse kijk en dat geeft nieuwe mogelijkheden. Het kost tijd om alles te leren kennen, maar dat is wel in te halen.”

Het college van bestuur, de onderdeelcommissie en het managementteam van TNW; niemand had het snelle vertrek van Bino zien aankomen. Prof.dr.ir. Tim van der Hagen is waarnemend decaan totdat de opvolging is geregeld. In een e-mail zegt hij dat Bino’s vertrek voor hem ‘redelijk onverwacht’ kwam. “Maar ik, en met mij het managementteam (mt) van de faculteit, respecteer zijn besluit. Ik vind het dapper, home is where the heart is.”
Van der Hagen zegt als lid van het mt en als plaatsvervangend decaan ‘goed op de hoogte te zijn’ van wat er op de faculteit speelt, ook van de besparingen die eraan komen. “Deze lopen zeker geen vertraging op. De besparingsvoorstellen worden door de faculteit voortvarend en serieus opgepakt. Onze plannen zijn op 29 april bij het college van bestuur ingediend. Dat betekent dat ze nog onder Raoul Bino zijn vervaardigd.”

Bino werd bij zijn aantreden geconfronteerd met een begrotingstekort van 6,4 miljoen euro. Twee maanden na zijn aantreden kon hij zijn medewerkers niet verzekeren dat er geen gedwongen ontslagen zouden vallen. Bino weet de tekorten zelf vooral aan de hoge kosten van het Reactorinstituut Delft en de ouderdom van sommige gebouwen van de faculteit.

Met het oog op de aankomende besparingen zegt het college van bestuur dat de opvolging snel moet worden geregeld. Een interne kandidaat ligt dan voor de hand. Of Van der Hagen tot de kandidaten behoort, wil hij niet zeggen. “Het vertrek van Raoul Bino is nog zeer recent en het college is nu aan zet als het gaat om een profiel voor een nieuwe decaan.”
Bino zelf was niet bereikbaar voor commentaar.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.