Onderwijs

Tempometer niet altijd foutloos

De tempometer, waarmee studiepunten worden gemeten voor de tempobeurs, is dit jaar niet helemaal foutloos toegepast bij Natuurkunde en Bouwkunde. Bij Natuurkunde, waar de metingen fouten bevatten, zijn de problemen inmiddels opgelost.

De inconsequente toepassing bij Bouwkunde kwam aan het licht toen een student zich bij de VSSD meldde met een tempometing waaruit volgens hem ten onrechte wordt geconcludeerd dat hij zijn tempobeurs niet heeft gehaald.

J. Stals, medewerker van het Bureau van de universiteit en belast met de tempometer: ,,Bij Natuurkunde ging het fout bij de verzending van de gegevens naar het hoofdbureau. Deze zijn verstuurd terwijl de computer nog niet alle studenten had uitgerekend. Als gevolg daarvan hebben we enkele weken geleden zo’n tachtig studenten een nieuwe brief gestuurd.”

Bij Bouwkunde ligt het iets ingewikkelder. Stals: ,,Bouwkunde rondt haar cijfers af per blok, dus vanaf een vijfeneenhalf naar boven en daaronder naar beneden. Maar de regel is dat je ook voor vijven nog de helft van je studiepunten krijgt. Bouwkunde hanteert de tempometer blijkbaar niet op die manier, want zij geeft alleen voor die naar boven afgeronde zessen studiepunten. Er is mij een geval bekend die door deze afronding negen studiepunten heeft gehaald, maar die student heeft ook nog een vijf staan. Voor hem is dit probleem dus van belang.” Bij tien punten haalt de student namelijk wel zijn temponorm.

C. Daleboudt van de onderwijsadministratie van Bouwkunde vindt dat er verschil is met andere studies. ,,Wij werken nu eenmaal niet met vakken maar met thematische blokken. Bovendien kennen wij geen regeling waarmee je een vijf kunt compenseren, dus waarom zou je daar dan wel studiepunten voor toekennen? Als je dit jaar punten toekent, kan een student die volgend jaar niet meer halen, en is dan dus in het nadeel. De grens is altijd arbitrair.”

Volgens Stals gelden de spelregels voor de tempometer ook voor Bouwkunde, maar gekeken wordt of het blokkensysteem nu op een andere geldige manier kan worden ingepast.

Gwen Oudakker, bestuurslid van de VSSD, is verheugd dat er zo alert op de problemen is gereageerd. ,,Bij een norm van vijfentwintig procent is het misschien niet zo’n groot probleem, maar bij vijftig procent betekent het toch dat meer studenten met deze problemen geconfronteerd zullen worden. Wij houden de gang van zaken daarom goed in de gaten.” (P.R.)

Paul Rutten

De tempometer, waarmee studiepunten worden gemeten voor de tempobeurs, is dit jaar niet helemaal foutloos toegepast bij Natuurkunde en Bouwkunde. Bij Natuurkunde, waar de metingen fouten bevatten, zijn de problemen inmiddels opgelost. De inconsequente toepassing bij Bouwkunde kwam aan het licht toen een student zich bij de VSSD meldde met een tempometing waaruit volgens hem ten onrechte wordt geconcludeerd dat hij zijn tempobeurs niet heeft gehaald.

J. Stals, medewerker van het Bureau van de universiteit en belast met de tempometer: ,,Bij Natuurkunde ging het fout bij de verzending van de gegevens naar het hoofdbureau. Deze zijn verstuurd terwijl de computer nog niet alle studenten had uitgerekend. Als gevolg daarvan hebben we enkele weken geleden zo’n tachtig studenten een nieuwe brief gestuurd.”

Bij Bouwkunde ligt het iets ingewikkelder. Stals: ,,Bouwkunde rondt haar cijfers af per blok, dus vanaf een vijfeneenhalf naar boven en daaronder naar beneden. Maar de regel is dat je ook voor vijven nog de helft van je studiepunten krijgt. Bouwkunde hanteert de tempometer blijkbaar niet op die manier, want zij geeft alleen voor die naar boven afgeronde zessen studiepunten. Er is mij een geval bekend die door deze afronding negen studiepunten heeft gehaald, maar die student heeft ook nog een vijf staan. Voor hem is dit probleem dus van belang.” Bij tien punten haalt de student namelijk wel zijn temponorm.

C. Daleboudt van de onderwijsadministratie van Bouwkunde vindt dat er verschil is met andere studies. ,,Wij werken nu eenmaal niet met vakken maar met thematische blokken. Bovendien kennen wij geen regeling waarmee je een vijf kunt compenseren, dus waarom zou je daar dan wel studiepunten voor toekennen? Als je dit jaar punten toekent, kan een student die volgend jaar niet meer halen, en is dan dus in het nadeel. De grens is altijd arbitrair.”

Volgens Stals gelden de spelregels voor de tempometer ook voor Bouwkunde, maar gekeken wordt of het blokkensysteem nu op een andere geldige manier kan worden ingepast.

Gwen Oudakker, bestuurslid van de VSSD, is verheugd dat er zo alert op de problemen is gereageerd. ,,Bij een norm van vijfentwintig procent is het misschien niet zo’n groot probleem, maar bij vijftig procent betekent het toch dat meer studenten met deze problemen geconfronteerd zullen worden. Wij houden de gang van zaken daarom goed in de gaten.” (P.R.)

Paul Rutten

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.