Campus

Wenen

Ik zit op het terras van een Kaffeehaus in Wenen met een groepje TU-studenten en Arnon Grunberg. Afgelopen jaar hebben we met deze groep gewerkt aan een boek dat ‘Het nieuwe lijden’ zal heten en in september wordt gepubliceerd.

Ter afsluiting van dit project zijn we afgereisd naar Wenen, door ons benoemd als ‘stad van het Lijden’. We drinken witte wijn met spa en eten Sachertorte. Af en toe wordt een moeilijke vraag gesteld, waar we dan even ouderwets over peinzen. Blijkbaar roept deze stad in combinatie met Grunbergs aanwezigheid en het stijve pluche van de stoelen dit op.

‘Is een gedachte ook een daad?’, vragen we ons af. We hoeven niet lang in onze eigen gedachten te graven om tot een zelfbeschermend ‘nee’ te komen. Slechts één van de aanwezigen vindt van wel. De jongen in kwestie legt uit dat hij redeneert vanuit zijn geloof. Voor hem is een vieze gedachte ook zondig, omdat je je erop kunt fixeren en de kans groot is dat je het dan ook gaat doen. Dus moet je een vieze gedachte meteen de kop indrukken zodra je je er bewust van bent. En sorry zeggen.

Grunberg is het hier niet mee eens. Je mag denken wat je wilt, maar als je iets vaak denkt, moet je er juist iets mee doen. Anders wordt het een trauma. Er over schrijven bijvoorbeeld. Romans. En misschien word je er nog succesvol mee ook. Freud knikt op de achtergrond instemmend toe.

Om bij onszelf te beginnen spreken we af dat iedereen in de groep, zodra hij een vieze gedachte heeft, even met een zilveren lepeltje tegen zijn glas tikt. De rest van het weekend brengen we door als vrolijk klingelend gezelschap in restaurants en Kaffehausen. In de krant lees ik het resultaat van de zojuist afgesloten G8-bijeenkomst. ‘De regeringsleiders van de acht belangrijkste industrielanden hebben zich bereid verklaard een halvering van de uitstoot serieus te overwegen’. Voorlopig blijft het dus weer bij een gedachte, hoe schoon die ook is. In het beste geval wordt het een fixatie. Tot die tijd pleit ik voor het klingelen met zilveren lepeltjes bij iedere vervuilende gedachte van regeringsleiders, tot deze de kop zijn ingedrukt.

Anna Noyons

Ik zit op het terras van een Kaffeehaus in Wenen met een groepje TU-studenten en Arnon Grunberg. Afgelopen jaar hebben we met deze groep gewerkt aan een boek dat ‘Het nieuwe lijden’ zal heten en in september wordt gepubliceerd. Ter afsluiting van dit project zijn we afgereisd naar Wenen, door ons benoemd als ‘stad van het Lijden’. We drinken witte wijn met spa en eten Sachertorte. Af en toe wordt een moeilijke vraag gesteld, waar we dan even ouderwets over peinzen. Blijkbaar roept deze stad in combinatie met Grunbergs aanwezigheid en het stijve pluche van de stoelen dit op.

‘Is een gedachte ook een daad?’, vragen we ons af. We hoeven niet lang in onze eigen gedachten te graven om tot een zelfbeschermend ‘nee’ te komen. Slechts één van de aanwezigen vindt van wel. De jongen in kwestie legt uit dat hij redeneert vanuit zijn geloof. Voor hem is een vieze gedachte ook zondig, omdat je je erop kunt fixeren en de kans groot is dat je het dan ook gaat doen. Dus moet je een vieze gedachte meteen de kop indrukken zodra je je er bewust van bent. En sorry zeggen.

Grunberg is het hier niet mee eens. Je mag denken wat je wilt, maar als je iets vaak denkt, moet je er juist iets mee doen. Anders wordt het een trauma. Er over schrijven bijvoorbeeld. Romans. En misschien word je er nog succesvol mee ook. Freud knikt op de achtergrond instemmend toe.

Om bij onszelf te beginnen spreken we af dat iedereen in de groep, zodra hij een vieze gedachte heeft, even met een zilveren lepeltje tegen zijn glas tikt. De rest van het weekend brengen we door als vrolijk klingelend gezelschap in restaurants en Kaffehausen. In de krant lees ik het resultaat van de zojuist afgesloten G8-bijeenkomst. ‘De regeringsleiders van de acht belangrijkste industrielanden hebben zich bereid verklaard een halvering van de uitstoot serieus te overwegen’. Voorlopig blijft het dus weer bij een gedachte, hoe schoon die ook is. In het beste geval wordt het een fixatie. Tot die tijd pleit ik voor het klingelen met zilveren lepeltjes bij iedere vervuilende gedachte van regeringsleiders, tot deze de kop zijn ingedrukt.

Anna Noyons

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.