Campus

Zeilen op zee doe je niet dagelijks

In de week van Pasen neemt een team van twaalf bouwkundestudenten deel aan de Race of the Classics. Een zesdaagse zeezeilwedstrijd met klassieke schepen, tussen achttien Nederlandse studententeams.

br />
Meedoen aan de Race of the Classics. Dat moest nog een keer gebeuren tijdens hun studententijd, besloten twee bouwkundestudenten in Hongkong, tijdens een studiereis van de praktijkvereniging van real estate & housing. Terug in Delft werden nog eens drie studiegenoten warm gemaakt voor het plan, onder wie Wicher Schönau. “Een jaar of drie, vier geleden heeft er ook een ploeg van RE&H meegedaan”, vertelt deze. “Twee jaar geleden een ploeg van technische bestuurskunde. Van alle kanten kwamen de verhalen hoe mooi het was. Binnen RE&H zijn we gaan zoeken naar teamgenoten. Na drie weken hadden we een volle boot. Zeven jongens en vijf meisjes, een mooie mix. Je krijgt de boot met schipper erbij, dus je bent niet compleet afhankelijk van je zeilcapaciteiten. Niet iedereen hoefde dus ervaren te zijn, maar het leek ons wel verstandig om er een paar bij te hebben met ervaring op zee.”

Ze schreven zich in als ‘Team Tuna’. Engels voor tonijn, maar bovenal een knipoog naar de zonnewagen van de TU, de Nuna. Voor heel veel mensen is de race dé kans om een keer op zee te zeilen, rechtvaardigt Schönau het enthousiasme. “Dat gebeurt je niet dagelijks. Het mooie is dat je dag en nacht doorgaat. De laatste etappe, van Engeland naar Nederland, duurt zeker 24 uur. Dan draaien we in shifts. Vier uur op en vier uur af. ’s Nachts ben je in het pikkedonker aan het zeilen. Als het hard waait is het keihard werken.”

De boot, die op basis van de ploeggrootte is toegewezen, is een geheel in de oorspronkelijke staat gerestaureerde vistrawler uit 1921. “Er zitten geen lieren op, het gaat echt om menskracht. De lengte is 23 meter, wel iets anders dan je zeilbootje in Friesland. Hij heeft roodbruine zeilen. Dat is ook spectaculair. Het aantrekkelijke is dat het om techniek én om sport gaat. Als je overstag moet, moet je met meerdere mensen de zeilen binnenhalen en overal aan gaan hangen. Omdat het een competitie is tussen studententeams, is het prestige groot. Je wilt laten zien dat Delftenaren kunnen zeilen. Onze handicap is dat het voor ons de eerste keer is, toch doen we mee voor de prijzen. Dat is de afspraak met onze sponsoren, onder wie de TU. We hebben redelijk wat binnengehaald. Dat we dat zelf hebben gedaan geeft een extra dimensie aan het project.”

De race, die op tweede paasdag start in Rotterdam, is verdeeld in drie etappes. In elke finishplaats (Oostende, Ramsgate en Amsterdam) wordt een port party gehouden. “Je doet het ook voor de gezelligheid. Vooraf zijn er overal teamfeesten. Zo leer je de andere teams kennen.” (JT)

www.teamtuna.tudelft.nl

“Als je overstag moet, moet je met meerdere mensen de zeilen binnenhalen en overal aan gaan hangen.”

In de week van Pasen neemt een team van twaalf bouwkundestudenten deel aan de Race of the Classics. Een zesdaagse zeezeilwedstrijd met klassieke schepen, tussen achttien Nederlandse studententeams.

Meedoen aan de Race of the Classics. Dat moest nog een keer gebeuren tijdens hun studententijd, besloten twee bouwkundestudenten in Hongkong, tijdens een studiereis van de praktijkvereniging van real estate & housing. Terug in Delft werden nog eens drie studiegenoten warm gemaakt voor het plan, onder wie Wicher Schönau. “Een jaar of drie, vier geleden heeft er ook een ploeg van RE&H meegedaan”, vertelt deze. “Twee jaar geleden een ploeg van technische bestuurskunde. Van alle kanten kwamen de verhalen hoe mooi het was. Binnen RE&H zijn we gaan zoeken naar teamgenoten. Na drie weken hadden we een volle boot. Zeven jongens en vijf meisjes, een mooie mix. Je krijgt de boot met schipper erbij, dus je bent niet compleet afhankelijk van je zeilcapaciteiten. Niet iedereen hoefde dus ervaren te zijn, maar het leek ons wel verstandig om er een paar bij te hebben met ervaring op zee.”

Ze schreven zich in als ‘Team Tuna’. Engels voor tonijn, maar bovenal een knipoog naar de zonnewagen van de TU, de Nuna. Voor heel veel mensen is de race dé kans om een keer op zee te zeilen, rechtvaardigt Schönau het enthousiasme. “Dat gebeurt je niet dagelijks. Het mooie is dat je dag en nacht doorgaat. De laatste etappe, van Engeland naar Nederland, duurt zeker 24 uur. Dan draaien we in shifts. Vier uur op en vier uur af. ’s Nachts ben je in het pikkedonker aan het zeilen. Als het hard waait is het keihard werken.”

De boot, die op basis van de ploeggrootte is toegewezen, is een geheel in de oorspronkelijke staat gerestaureerde vistrawler uit 1921. “Er zitten geen lieren op, het gaat echt om menskracht. De lengte is 23 meter, wel iets anders dan je zeilbootje in Friesland. Hij heeft roodbruine zeilen. Dat is ook spectaculair. Het aantrekkelijke is dat het om techniek én om sport gaat. Als je overstag moet, moet je met meerdere mensen de zeilen binnenhalen en overal aan gaan hangen. Omdat het een competitie is tussen studententeams, is het prestige groot. Je wilt laten zien dat Delftenaren kunnen zeilen. Onze handicap is dat het voor ons de eerste keer is, toch doen we mee voor de prijzen. Dat is de afspraak met onze sponsoren, onder wie de TU. We hebben redelijk wat binnengehaald. Dat we dat zelf hebben gedaan geeft een extra dimensie aan het project.”

De race, die op tweede paasdag start in Rotterdam, is verdeeld in drie etappes. In elke finishplaats (Oostende, Ramsgate en Amsterdam) wordt een port party gehouden. “Je doet het ook voor de gezelligheid. Vooraf zijn er overal teamfeesten. Zo leer je de andere teams kennen.” (JT)

www.teamtuna.tudelft.nl

“Als je overstag moet, moet je met meerdere mensen de zeilen binnenhalen en overal aan gaan hangen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.