Campus

In de marge

De Delftse studentenwereld kent veel organisaties en verenigingen. Sommige daarvan leiden een onopvallend bestaan. Vandaag: Therese.

Therese, het oudste dispuut van VGSD, bestaat ruim twintig jaar en gaat prat op haar stijl. “De VGSD was helemaal niet studentikoos”, zegt ‘rabbi’ Remmelt Oosterhuis van Therese. “Niemand woonde op kamers. Als reactie op die geitenwollensokkencultuur is Therese opgericht. De leden dragen jasje-dasje. Wij gaan regelmatig naar de Koninklijke Schouwburg in Den Haag en lezen en bespreken veel boeken met elkaar.” Maatschappelijk-kritische boeken, literatuur, filosofische boeken. ‘Waar zijn de intellectuelen’, van Frank Furadi; ‘Occidentalism’, over verschillen tussen oost en west; Geert Mak, het calvinisme van Abraham Kuyper (“we blijven ten slotte een gereformeerd dispuut”). Maar ook klassiekers als ‘The picture of Dorian Gray’ van Oscar Wilde.

“Veel studenten doen alleen maar aan studeren en bier drinken. Wij kiezen ervoor om ons te verdiepen en te verbreden door middel van cultuur.” Whiskey (single malt) en sigaar horen daarbij, bevestigt ‘entator’ Gert de Rijke. “Stijl is belangrijk, absoluut. We zijn geen droog boekenclubje, we willen onder het genot van lekkere dingen een gesprek voeren.”

Er zijn after-tentamenborrels, snookeravonden en natuurlijk de Beaujolais wijnproefavond.

Therese telt nu veertien leden. “Maar”, zegt Oosterhuis, “je blijft wel Theresiaan voor het leven.” De Rijke: “Als je geluk hebt word je direct na de kennismakingsperiode in september gevraagd lid te worden. Criteria zijn dat je niet op je mondje gevallen bent, een duidelijke mening hebt en in discussie wilt gaan.”

Oosterhuis: “Van Therese kom je rijker vandaan dan je bent gekomen. Je vormt elkaar, daagt elkaar uit om kritisch te zijn. De discussies op die boekenavonden kunnen soms tot twee, drie uur ’s nachts duren.” (JT)

Therese, het oudste dispuut van VGSD, bestaat ruim twintig jaar en gaat prat op haar stijl. “De VGSD was helemaal niet studentikoos”, zegt ‘rabbi’ Remmelt Oosterhuis van Therese. “Niemand woonde op kamers. Als reactie op die geitenwollensokkencultuur is Therese opgericht. De leden dragen jasje-dasje. Wij gaan regelmatig naar de Koninklijke Schouwburg in Den Haag en lezen en bespreken veel boeken met elkaar.” Maatschappelijk-kritische boeken, literatuur, filosofische boeken. ‘Waar zijn de intellectuelen’, van Frank Furadi; ‘Occidentalism’, over verschillen tussen oost en west; Geert Mak, het calvinisme van Abraham Kuyper (“we blijven ten slotte een gereformeerd dispuut”). Maar ook klassiekers als ‘The picture of Dorian Gray’ van Oscar Wilde.

“Veel studenten doen alleen maar aan studeren en bier drinken. Wij kiezen ervoor om ons te verdiepen en te verbreden door middel van cultuur.” Whiskey (single malt) en sigaar horen daarbij, bevestigt ‘entator’ Gert de Rijke. “Stijl is belangrijk, absoluut. We zijn geen droog boekenclubje, we willen onder het genot van lekkere dingen een gesprek voeren.”

Er zijn after-tentamenborrels, snookeravonden en natuurlijk de Beaujolais wijnproefavond.

Therese telt nu veertien leden. “Maar”, zegt Oosterhuis, “je blijft wel Theresiaan voor het leven.” De Rijke: “Als je geluk hebt word je direct na de kennismakingsperiode in september gevraagd lid te worden. Criteria zijn dat je niet op je mondje gevallen bent, een duidelijke mening hebt en in discussie wilt gaan.”

Oosterhuis: “Van Therese kom je rijker vandaan dan je bent gekomen. Je vormt elkaar, daagt elkaar uit om kritisch te zijn. De discussies op die boekenavonden kunnen soms tot twee, drie uur ’s nachts duren.” (JT)

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.