Campus

De witte sociëteit

Vloeiend Nederlands spreken ze, maar op de borrelvloer van de grote Delftse studentenverenigingen zijn ze nauwelijks terug te vinden: eerste en tweede generatie allochtonen. Waarom niet? ,,Nederlanders houden van kerstdiners waarbij iedereen los gaat.”

Als er varkensvlees op het menu staat bij sociëteit Phoenix moet Thana Mousawi (24) voor zichzelf ander eten bestellen. Maar dat is geen probleem. Zonder eten zit de Iraakse studente luchtvaart- en ruimtevaarttechniek % sinds ruim zeven jaar in Nederland % nooit. Ze is blij bij het Delftsch Studenten Corps, blijer dan in haar eerste jaar in Delft, toen ze nog nauwelijks vrienden had.

Bij de vereniging heeft ze goed Nederlands geleerd. En in het meisjeshuis waar ze woont heeft ze haar plaats gevonden tussen de vijftien andere studentes. Ze kan het iedereen aanraden, het lidmaatschap. ,,Mijn studentenhuis, mijn jaarclub, de onderverenigingen % ik heb er op z’n minst veertig vrienden en vriendinnetjes bij. Juist voor buitenlanders die niet veel mensen kennen is het goed om ergens lid te worden.”

Toch is ze een uitzondering. Mousawi % praktiserend moslim % kent bij het corps nog één ander moslimmeisje. Alexander Streefkerk, president van de corpssenaat, beaamt dat er weinig allochtonen lid zijn: zo’n vijf moslims op ruim veertienhonderd leden. ,,Ik denk dat de cultuur van moslims niet overeenkomt met de cultuur van verenigingen. Je probeert toch je plekje te vinden tussen gelijkgestemden. Allochtonen vinden bij een Nederlandse vereniging minder snel hun huisje-boompje-beestje. Hoe dat komt? Door de massaliteit van een vereniging misschien?”

Bij de andere verenigingen is dat beeld niet anders. De borrelvloer is overwegend blank. Maar het vinden van een statistische onderbouwing voor deze constatering is lastig. Hoeveel eerste- en tweede-generatieallochtonen lopen er rond op de TU Delft? En hoeveel daarvan zijn er lid bij een studentenvereniging? ,,Helaas heb ik niet de gevraagde aantallen en ik heb ook geen mogelijkheden om die te produceren”, antwoordt de TU-huisstatisticus Jacco Burger. ,,Of een student allochtoon is wordt niet geregistreerd en er is ook geen centrale ledenregistratie van studentenverenigingen.”

Toch leert een enkel mailtje naar het bestuur van een vereniging dat er weinig leden van allochtone afkomst zijn. ,,Ik kan één iemand verzinnen die aan je eisen voldoet”, schrijft de president van Sint Jansbrug. De commissaris extern van Virgiel heeft ook moeite. ,,Ik heb nog weinig mensen te pakken kunnen krijgen, maar ik zal het straks nog even proberen.”
Misverstanden

Dus rijst de vraag waarom er zo weinig buitenlanders lid zijn bij de studentenverenigingen. Mousawi: ,,Misschien denken ze dat het moeilijk wordt als ze de taal niet vloeiend spreken. Of dat ze gediscrimineerd worden. Maar dat is onterecht: juist binnen een vereniging wordt daar erg op gelet. Ik ben nooit gediscrimineerd hier. Veel leden zijn juist benieuwd naar wat de islam inhoudt. Ze vragen me er veel naar, vooral tijdens de ramadan.”

Daarnaast denkt Mousawi dat allochtonen onbekend zijn met het begrip studentenvereniging. ,,Nederlanders hebben allemaal wel een neef of een nicht die lid is. Of ze kennen iemand via-via. Buitenlanders weten vaak niet wat zich binnen de verenigingen afspeelt. Er bestaan veelmisverstanden: veel mensen denken dat een vereniging niet meer is dan zuipen en feesten. Maar daarvoor blijf je echt niet vijf, zes jaar lid.”

Volgens Babak Ahmadi Mozaf (21) is er sprake van een cultuurverschil. De Iraniër is vanaf zijn twaalfde in Nederland en werd bij zijn komst in Delft lid van Sint Jansbrug. ,,De meeste studerende Iraniërs in mijn vriendenkring zijn nergens lid. Verenigingen zijn plekken waar studenten bier drinken, lomp doen en uit het niets een hechte band kweken. Nederlanders houden daarvan: een kerstdiner waarbij iedereen los gaat. Allochtonen hebben dat minder.”

Na een paar jaar heeft hij het verenigingsleven dan ook wel weer gezien. ,,Ja, dat heeft inderdaad met mijn cultuur te maken, denk ik. Bij ons heeft vriendschap een andere betekenis: je kunt op elkaar rekenen en verwacht veel van elkaar. Op een vereniging zeggen de leden wel dat ze vrienden of broeders zijn, maar het is niet wat het lijkt. Vaak is het redelijk oppervlakkig.”

Volgens de 31-jarige Turk Gazi Yücel % zelf een paar jaar lid geweest bij Sint Jansbrug % valt het voor Turken wel mee met de cultuurshock, zeker voor hen die in Nederland zijn opgegroeid. ,,Misschien heeft het er juist mee te maken dat veel Turkse studenten voor het eerst Turkse vrienden hebben op de universiteit. Zelf was ik in mijn vwo-klas de enige Turk. Voor de paar honderd Turkse studenten aan de TU geldt waarschijnlijk hetzelfde. Ze willen nu wel eens met andere Turken omgaan.”

Dat was voor Yücel één van de redenen om in 1998 een Turkse studentenvereniging op te richten in Delft. ,,Destijds was er behoefte aan – om elkaar te helpen met de studie en voor de gezelligheid. Academia was zowel voor Turken die hier geboren zijn als voor nieuwkomers uit Turkije die hier een masteropleiding gingen volgen. Voor die laatste groep was de begeleiding vanuit de universiteit niet zo denderend.”

Een lang leven was Academia niet beschoren: de vereniging is inmiddels helemaal opgeheven. Volgens Yücel, bestuurslid van het laatste bestuur, was het altijd een probleem om nieuwe bestuursleden te vinden. ,,Op een gegeven moment was iedereen in het bestuur afgestudeerd of weg van de TU. Toen hebben we maar besloten ermee op te houden.”
Water

De Marokkaanse Studentenvereniging Delft (Msvd) maakt ook geen makkelijke tijd door. Sinds vorig jaar is Loubna Bouarfa (20) – nu drie jaar in Nederland – met een paar anderen bezig de Msvd nieuw leven in te blazen. De vereniging was al een jaar of drie slapend. Het doel: de belangen van Marokkaanse studenten behartigen, bijvoorbeeld door het organiseren van muzikale avonden.

Bouarfa: ,,Een Arabische uitdrukking zegt: unie is kracht. De islam adviseert om activiteiten samen te doen, bijvoorbeeld het gebed. Doe je dit met meerdere mensen dan krijg je meer ‘ajr’ (pluspunten) dan wanneer je het in je eentje doet. Dat geldt ook voor eten en andere activiteiten. Imam Chafii, een bekende islamwetenschapper, vergelijkt mensen met water: water moet bewegen, want stil water stinkt.”

Maar waarom geen vereniging waar ze ook met Nederlanders in aanraking komt? Bouarfa: ,,Het gaat er niet om met wie je je verenigt. Volgens de islam is het beter om met mensen van verschillende culturen om te gaan, omdat je zo veel leert. Bij de activiteiten van de Msvd zijn alle studenten welkom, ook niet-Marokkanen.”

Toch is voor Bouarfa, een studente elektrotechniek met een hoofddoek, het lidmaatschap bij een van de Nederlandse studentenverenigingen geen optie. ,,De islam zegt niet alleen: je mag geen alcohol drinken, maar je mag ook niet aanwezig zijn op plekken waar alcohol gedronkenwordt.” Sommige activiteiten kunnen nog wel % sport, lezingen of een muzikale avond % maar uitbundig borrelen is uitgesloten.

Daardoor is niet elke vereniging acceptabel voor Bouarfa. ,,Volgens de islam moet er een doel zijn om je te verenigen. Dat geldt ook voor kleine groepen: als je naar een vriend gaat kan het doel bijvoorbeeld gezelligheid zijn. Daarnaast is het belangrijk hoe je dat doel realiseert. Dat moet volgens de randvoorwaarden van de islam zijn. Als meisjes met jongens dansen of de aanwezigen drinken wijn valt dat voor mij buiten die randvoorwaarden, dan kan ik er niet naartoe gaan.”

Voor het Iraakse corpslid Mousawi zou een aparte vereniging voor Iraakse studenten geen alternatief zijn. ,,Het is slecht voor de integratie. Als buitenlanders veel met elkaar omgaan blijven ze qua taal en kennis over Nederland achter. Toen ik een folder zag van één van de buitenlandse verenigingen heb ik wel eens stiekem gedacht: misschien moet ik daar eens heen om te vertellen dat het ook heel leuk is om lid te worden bij een Nederlandse vereniging. Maar misschien vinden ze me dan wel té geïntegreerd.”

Een studente werktuigbouwkunde (21) uit Iran, sinds anderhalf jaar in Nederland met een studievisum:

,,Voordat ik naar Nederland kwam wist ik überhaupt niet dat er studentenverenigingen bestonden. In Iran komen die niet voor. Ik ben lid geworden bij Virgiel onder invloed van mijn huisgenoten. De eerste tijd in Nederland woonde ik namelijk in een Virgielhuis. Ik mocht ook blijven als ik geen lid werd van Virgiel, maar ik kende vooral Virgilianen en voelde me er erg op mijn gemak. Het bevalt me nog steeds prima. Virgiel heeft mij veel geholpen met de taal en met het integreren met andere studenten. Ik ben geen praktiserende moslim % ik geloof wel in God maar leef niet volgens de ouderwetse wetten van de islam. Ik drink ook gewoon alcohol, al kun je ook best lid zijn als je geen alcohol drinkt. In Iran is dat verboden, maar ik schat dat zestig procent van de mensen stiekem alcohol in huis heeft.”

Een 19-jarige atheïstische Iraanse TU-studente, vanaf haar tweede in Nederland:

,, Ik ben geen lid geworden van een Nederlandse studentenvereniging. De ontgroening was niets voor mij. En ik heb geen spijt: de mensen die lid zijn geworden waren de eerste weken allemaal ziek en ze moesten in mijn ogen onacceptabele dingen doen. Bovendien leiden die borrels alleen maar af van de studie. Het is gedwongen gezelligheid voor mensen die geen leuke vriendenkring hebben. Waarom er weinig allochtonen lid zijn bij de verenigingen? Door het cultuurverschil. Bij studentenverenigingen heerst een cultuur van zuipen. Veel allochtonen houden daar niet van.”

Als er varkensvlees op het menu staat bij sociëteit Phoenix moet Thana Mousawi (24) voor zichzelf ander eten bestellen. Maar dat is geen probleem. Zonder eten zit de Iraakse studente luchtvaart- en ruimtevaarttechniek % sinds ruim zeven jaar in Nederland % nooit. Ze is blij bij het Delftsch Studenten Corps, blijer dan in haar eerste jaar in Delft, toen ze nog nauwelijks vrienden had.

Bij de vereniging heeft ze goed Nederlands geleerd. En in het meisjeshuis waar ze woont heeft ze haar plaats gevonden tussen de vijftien andere studentes. Ze kan het iedereen aanraden, het lidmaatschap. ,,Mijn studentenhuis, mijn jaarclub, de onderverenigingen % ik heb er op z’n minst veertig vrienden en vriendinnetjes bij. Juist voor buitenlanders die niet veel mensen kennen is het goed om ergens lid te worden.”

Toch is ze een uitzondering. Mousawi % praktiserend moslim % kent bij het corps nog één ander moslimmeisje. Alexander Streefkerk, president van de corpssenaat, beaamt dat er weinig allochtonen lid zijn: zo’n vijf moslims op ruim veertienhonderd leden. ,,Ik denk dat de cultuur van moslims niet overeenkomt met de cultuur van verenigingen. Je probeert toch je plekje te vinden tussen gelijkgestemden. Allochtonen vinden bij een Nederlandse vereniging minder snel hun huisje-boompje-beestje. Hoe dat komt? Door de massaliteit van een vereniging misschien?”

Bij de andere verenigingen is dat beeld niet anders. De borrelvloer is overwegend blank. Maar het vinden van een statistische onderbouwing voor deze constatering is lastig. Hoeveel eerste- en tweede-generatieallochtonen lopen er rond op de TU Delft? En hoeveel daarvan zijn er lid bij een studentenvereniging? ,,Helaas heb ik niet de gevraagde aantallen en ik heb ook geen mogelijkheden om die te produceren”, antwoordt de TU-huisstatisticus Jacco Burger. ,,Of een student allochtoon is wordt niet geregistreerd en er is ook geen centrale ledenregistratie van studentenverenigingen.”

Toch leert een enkel mailtje naar het bestuur van een vereniging dat er weinig leden van allochtone afkomst zijn. ,,Ik kan één iemand verzinnen die aan je eisen voldoet”, schrijft de president van Sint Jansbrug. De commissaris extern van Virgiel heeft ook moeite. ,,Ik heb nog weinig mensen te pakken kunnen krijgen, maar ik zal het straks nog even proberen.”
Misverstanden

Dus rijst de vraag waarom er zo weinig buitenlanders lid zijn bij de studentenverenigingen. Mousawi: ,,Misschien denken ze dat het moeilijk wordt als ze de taal niet vloeiend spreken. Of dat ze gediscrimineerd worden. Maar dat is onterecht: juist binnen een vereniging wordt daar erg op gelet. Ik ben nooit gediscrimineerd hier. Veel leden zijn juist benieuwd naar wat de islam inhoudt. Ze vragen me er veel naar, vooral tijdens de ramadan.”

Daarnaast denkt Mousawi dat allochtonen onbekend zijn met het begrip studentenvereniging. ,,Nederlanders hebben allemaal wel een neef of een nicht die lid is. Of ze kennen iemand via-via. Buitenlanders weten vaak niet wat zich binnen de verenigingen afspeelt. Er bestaan veelmisverstanden: veel mensen denken dat een vereniging niet meer is dan zuipen en feesten. Maar daarvoor blijf je echt niet vijf, zes jaar lid.”

Volgens Babak Ahmadi Mozaf (21) is er sprake van een cultuurverschil. De Iraniër is vanaf zijn twaalfde in Nederland en werd bij zijn komst in Delft lid van Sint Jansbrug. ,,De meeste studerende Iraniërs in mijn vriendenkring zijn nergens lid. Verenigingen zijn plekken waar studenten bier drinken, lomp doen en uit het niets een hechte band kweken. Nederlanders houden daarvan: een kerstdiner waarbij iedereen los gaat. Allochtonen hebben dat minder.”

Na een paar jaar heeft hij het verenigingsleven dan ook wel weer gezien. ,,Ja, dat heeft inderdaad met mijn cultuur te maken, denk ik. Bij ons heeft vriendschap een andere betekenis: je kunt op elkaar rekenen en verwacht veel van elkaar. Op een vereniging zeggen de leden wel dat ze vrienden of broeders zijn, maar het is niet wat het lijkt. Vaak is het redelijk oppervlakkig.”

Volgens de 31-jarige Turk Gazi Yücel % zelf een paar jaar lid geweest bij Sint Jansbrug % valt het voor Turken wel mee met de cultuurshock, zeker voor hen die in Nederland zijn opgegroeid. ,,Misschien heeft het er juist mee te maken dat veel Turkse studenten voor het eerst Turkse vrienden hebben op de universiteit. Zelf was ik in mijn vwo-klas de enige Turk. Voor de paar honderd Turkse studenten aan de TU geldt waarschijnlijk hetzelfde. Ze willen nu wel eens met andere Turken omgaan.”

Dat was voor Yücel één van de redenen om in 1998 een Turkse studentenvereniging op te richten in Delft. ,,Destijds was er behoefte aan – om elkaar te helpen met de studie en voor de gezelligheid. Academia was zowel voor Turken die hier geboren zijn als voor nieuwkomers uit Turkije die hier een masteropleiding gingen volgen. Voor die laatste groep was de begeleiding vanuit de universiteit niet zo denderend.”

Een lang leven was Academia niet beschoren: de vereniging is inmiddels helemaal opgeheven. Volgens Yücel, bestuurslid van het laatste bestuur, was het altijd een probleem om nieuwe bestuursleden te vinden. ,,Op een gegeven moment was iedereen in het bestuur afgestudeerd of weg van de TU. Toen hebben we maar besloten ermee op te houden.”
Water

De Marokkaanse Studentenvereniging Delft (Msvd) maakt ook geen makkelijke tijd door. Sinds vorig jaar is Loubna Bouarfa (20) – nu drie jaar in Nederland – met een paar anderen bezig de Msvd nieuw leven in te blazen. De vereniging was al een jaar of drie slapend. Het doel: de belangen van Marokkaanse studenten behartigen, bijvoorbeeld door het organiseren van muzikale avonden.

Bouarfa: ,,Een Arabische uitdrukking zegt: unie is kracht. De islam adviseert om activiteiten samen te doen, bijvoorbeeld het gebed. Doe je dit met meerdere mensen dan krijg je meer ‘ajr’ (pluspunten) dan wanneer je het in je eentje doet. Dat geldt ook voor eten en andere activiteiten. Imam Chafii, een bekende islamwetenschapper, vergelijkt mensen met water: water moet bewegen, want stil water stinkt.”

Maar waarom geen vereniging waar ze ook met Nederlanders in aanraking komt? Bouarfa: ,,Het gaat er niet om met wie je je verenigt. Volgens de islam is het beter om met mensen van verschillende culturen om te gaan, omdat je zo veel leert. Bij de activiteiten van de Msvd zijn alle studenten welkom, ook niet-Marokkanen.”

Toch is voor Bouarfa, een studente elektrotechniek met een hoofddoek, het lidmaatschap bij een van de Nederlandse studentenverenigingen geen optie. ,,De islam zegt niet alleen: je mag geen alcohol drinken, maar je mag ook niet aanwezig zijn op plekken waar alcohol gedronkenwordt.” Sommige activiteiten kunnen nog wel % sport, lezingen of een muzikale avond % maar uitbundig borrelen is uitgesloten.

Daardoor is niet elke vereniging acceptabel voor Bouarfa. ,,Volgens de islam moet er een doel zijn om je te verenigen. Dat geldt ook voor kleine groepen: als je naar een vriend gaat kan het doel bijvoorbeeld gezelligheid zijn. Daarnaast is het belangrijk hoe je dat doel realiseert. Dat moet volgens de randvoorwaarden van de islam zijn. Als meisjes met jongens dansen of de aanwezigen drinken wijn valt dat voor mij buiten die randvoorwaarden, dan kan ik er niet naartoe gaan.”

Voor het Iraakse corpslid Mousawi zou een aparte vereniging voor Iraakse studenten geen alternatief zijn. ,,Het is slecht voor de integratie. Als buitenlanders veel met elkaar omgaan blijven ze qua taal en kennis over Nederland achter. Toen ik een folder zag van één van de buitenlandse verenigingen heb ik wel eens stiekem gedacht: misschien moet ik daar eens heen om te vertellen dat het ook heel leuk is om lid te worden bij een Nederlandse vereniging. Maar misschien vinden ze me dan wel té geïntegreerd.”

Een studente werktuigbouwkunde (21) uit Iran, sinds anderhalf jaar in Nederland met een studievisum:

,,Voordat ik naar Nederland kwam wist ik überhaupt niet dat er studentenverenigingen bestonden. In Iran komen die niet voor. Ik ben lid geworden bij Virgiel onder invloed van mijn huisgenoten. De eerste tijd in Nederland woonde ik namelijk in een Virgielhuis. Ik mocht ook blijven als ik geen lid werd van Virgiel, maar ik kende vooral Virgilianen en voelde me er erg op mijn gemak. Het bevalt me nog steeds prima. Virgiel heeft mij veel geholpen met de taal en met het integreren met andere studenten. Ik ben geen praktiserende moslim % ik geloof wel in God maar leef niet volgens de ouderwetse wetten van de islam. Ik drink ook gewoon alcohol, al kun je ook best lid zijn als je geen alcohol drinkt. In Iran is dat verboden, maar ik schat dat zestig procent van de mensen stiekem alcohol in huis heeft.”

Een 19-jarige atheïstische Iraanse TU-studente, vanaf haar tweede in Nederland:

,, Ik ben geen lid geworden van een Nederlandse studentenvereniging. De ontgroening was niets voor mij. En ik heb geen spijt: de mensen die lid zijn geworden waren de eerste weken allemaal ziek en ze moesten in mijn ogen onacceptabele dingen doen. Bovendien leiden die borrels alleen maar af van de studie. Het is gedwongen gezelligheid voor mensen die geen leuke vriendenkring hebben. Waarom er weinig allochtonen lid zijn bij de verenigingen? Door het cultuurverschil. Bij studentenverenigingen heerst een cultuur van zuipen. Veel allochtonen houden daar niet van.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.