Veroorzaken vrouwen files? En waarom zien automobilisten regelmatig motorrijders te laat? Daarover gaat het fascinerende ‘Traffic’ van de Amerikaanse journalist Tom Vanderbilt.
‘Het verkeer is een hel, maar elke dag een andere hel’, zegt Daniel Gilbert, een psycholoog van Harvard University, treffend in ‘Traffic’. De opmerking slaat op onderzoek van verkeerskundigen. Wat ze ook bedenken, het pakt altijd anders uit. ‘Je kunt naar een stuk snelweg kijken en de capaciteit ervan meten of een model opstellen hoeveel auto’s er in een uur gebruik van maken’, schrijft Tom Vanderbilt. ‘Maar dat aantal is meer dan een wiskundig gegeven. In al die auto’s zitten mensen die hun eigen reden hebben om daar te zijn, het verkeer te trotseren.’
De Amerikaanse journalist Tom Vanderbilt schrijft in ‘Traffic’ over de internationale verkeersjungle. In het boek vertolkt de legendarische verkeerskundige Hans Monderman een hoofdrol. Hij overleed begin vorig jaar. Voor zijn dood leidde hij Vanderbilt rond in Nederland, langs zijn zogenoemde shared space-oplossingen. ‘Monderman staat bekend als ‘de man die de schurft heeft aan verkeersborden’, schrijft Vanderbilt. Zijn aanpak wordt duidelijk in het Friese Oudehaske. Monderman nam de doorgaande weg in het dorp onder handen. ‘Hij versmalde de weg tot een klinkerweg van vijf meter, met aan weerszijden een goot en daarnaast een amper hogere stoep. Alle strepen en andere aanduidingen op de weg werden verwijderd. Kruisend verkeer moest ‘uitkijken en uitwijken’.Met deze vergaande veranderingen zorgde Monderman bewust voor een verwarrende situatie. Vlak voor de heropening van de weg had de verkeerskundige slapeloze nachten. Het verkeer moest nu onderhandelen, want twee auto’s kunnen elkaar niet passeren als er ook nog fietsers zijn. En dat bleek tot Mondermans grote opluchting een gouden greep. De psychologische verkeersremming zorgt er opmerkelijk genoeg voor dat mensen beter uitkijken waardoor de straat veiliger is, ondanks dat dit op het eerste gezicht niet zo lijkt. Het leverde de Fries een eredoctoraat op en de titel Nederlandse innovator van het jaar 2006.
In ‘Traffic’ passeren veel van dit soort verkeerskundige pareltjes de revue. Daarnaast schrijft Vanderbilt over onderzoek van psychologen naar het verkeer. Zo schrijft de journalist over een onderzoek waarbij proefpersonen naar een video keken waarop een bal rondgaat. De ene helft droeg witte shirts, de andere zwarte. Proefpersonen telden hoe vaak de bal rondging. ‘Het viel minstens de helft van de proefpersonen niet op dat een man in gorillapak dwars door de kring spelers liep.’ In het verkeer zorgt deze tunnelvisie vaak voor ongelukken. Vooral motorrijders hebben het zwaar te verduren. Vanderbilt: ‘Een van de meest genoemde redenen is dat die niet waren opgemerkt. Het gebeurt zo vaak, dat Britse motorrijders het een ‘Smidsy’ noemen: Sorry Mate, I Didn’t See You.’
Ander opmerkelijk onderzoek werd gedaan naar vrouwen achter het stuur. ‘Uit de cijfers blijkt dat vrouwen de grootste bijdrage leveren aan files, al zou je ook kunnen zeggen dat zij er het meeste last van hebben’, schrijft Vanderbilt. Dat klinkt nogal seksistisch. Maar de statistieken die aan deze conclusie ten grondslag liggen zijn zeer interessant. ‘In 1950 maakten vrouwen namelijk nog maar 28 procent uit van het totale aantal arbeidskracht. Vandaag de dag is dat 48 procent. Dat leidt uiteraard tot meer drukte op de weg.’ Het ligt dus niet aan eventuele slechte stuurkunsten van vrouwen in vergelijking tot mannen (want daar is natuurlijk geen bewijs voor), maar aan de emancipatiegolf in de vorige eeuw. Vrouwen rijden meer dan mannen, omdat ze vaker dan hun eega’s naast hun werk boodschappen doen en kinderen wegbrengen naar school. Maar om vrouwen de schuld te geven van files gaat Vanderbilt gelukkig te ver. ‘Het ligt aan onze veranderde manier van leven. Het drukke gezinsleven van nu is zonder auto ondenkbaar.’
Het is de mix van psychologisch en verkeerskundig onderzoek over een onderwerp waar iedereen mee te maken heeft dat ‘Traffic’ zo onweerstaanbaar interessant maakt.
Tom Vanderbilt, ‘Traffic, waarom we rijden zoals we rijden (en wat dat over ons zegt)’, De Bezige Bij, 336p., 19,90 euro.

Comments are closed.