Campus

Ja/Nee

Online dienstverleners als banken moeten zorgen dat hun software en websites veilig zijn. Lijden gebruikers schade als cybercriminelen toch toeslaan, dan moet de dienstverlener die vergoeden.

De samenleving zou dan minder geld moeten steken in tegenmaatregelen en meer in het oppakken en vervolgen van criminelen. Dat stelt hoogleraar governance of cybersecurity Michel van Eeten. Hij is één van de gasten op de Global Conference on Cyberspace, 16 en 17 april in Den Haag.

1. De overheid gaat te nerveus om met preventie van cybercriminaliteit.
nee

2. Veel cybercriminelen zijn ‘gewone’ criminelen die online zijn gegaan.
ja

3. Straffen voor cybercriminelen moeten hoog zijn om een voorbeeld te stellen.
ja

4. Een burger moet zijn computer tot de tanden toe beveiligen.
nee

5 Op welke stelling wil je terugkomen?
“Op stelling 4. Burgers hebben geen effectieve manier om zich te verdedigen. Je doet aan basishygiëne, hebt een antivirusprogramma en klikt niet zomaar op alles, maar het blijft behelpen. Burgers worden blootgesteld aan het falen van bedrijven, die bijvoorbeeld gaten in hun software hebben zitten. Het is heel eenzijdig om de gebruiker te laten opdraaien voor de schade als een cybercrimineel daar misbruik van maakt. Aanbieders van online diensten als banken moeten schade vergoeden en voorkomen. Het is geen armageddon wat staat te gebeuren, maar criminaliteit moet bestreden worden waar die plaatsvindt. Burgers, overheid en bedrijven steken vele malen meer geld in anti virussoftware en andere tegenmaatregelen dan in opsporing en vervolging van criminelen. Juist in dat laatste moeten we meer investeren.” 

gccs2015.com 

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.