De invoering van de prestatiebeurs in september gaat niet door. De Eerste Kamer verwierp het wetsvoorstel afgelopen dinsdag met de kleinst mogelijke meerderheid: 35-34.
De senatoren Van Boven (VVD) en Mertens (D66) stemden, in tegenstelling tot de overige leden van hun fractie, tegen het wetsvoorstel.
Door het besluit is de beperking van de beurs tot vier jaar van de baan. De studenten die in september gaan studeren krijgen vijf jaar studiefinanciering volgens de regels van de tempobeurs. Als zij jaarlijks voldoende studiepunten halen, mogen zij hun beurs houden. Anders wordt hij omgezet in een lening. Bij de prestatiebeurs waren slechts twee meetpunten: na één jaar moest een student 70 procent van z’n punten hebben gehaald, en na zes jaar het doctoraaldiploma. Zoniet, dan moest de student eveneens zijn studiefinanciering aan de overheid terugbetalen.
De verwachting is dat minister Ritzen de prestatiebeurs nu in 1996 wil invoeren. Volgens zijn woordvoerder is het zeer lastig ,,om een andere maatregel te verzinnen met dezelfde opbrengst, maar zonder vervelende neveneffecten”.
Het uitstel van de prestatiebeurs zorgt vooralsnog voor een gat van 550 miljoen gulden in de begroting van onderwijs. Minister Ritzen, die sprak over ,,een bittere teleurstelling”, wil dit tekort niet zelf oplossen. Hij noemde het een probleem van het kabinet. Dat bespreekt de kwestie deze week.
Volgens Ritzens woordvoerder komt het potje van 500 miljoen gulden ter verbetering van het onderwijs niet in gevaar. Een nieuwe bezuiniging op de studiefinanciering of een verhoging van het collegegeld is volgens de woordvoerder uitgesloten.
De vereniging van universiteiten (VSNU) en de Hbo-Raad lieten dinsdag direct weten dat het tekort niet op de universiteiten en hogescholen mag worden verhaald. Ook de studenten mogen volgens deze organisaties niet het slachtoffer worden van alternatieve bezuinigingen.
De VSNU meent dat de fundamentele discussie over de toekomst van de studiefinanciering nu snel moet worden gestart. Ritzen wilde daarmee beginnen na de invoering van de prestatiebeurs. De studentenorganisaties LSVb en ISO hebben zeer verheugd gereageerd. ,,We hebben meteen een fles champagne opengetrokken”, juichte ISO-bestuurslid Merel Heymens Visser na de stemming in de Eerste Kamer. LSVb en ISO waren bang voor chaotische taferelen bij de toekenning van studiefinanciering. Het kort geding dat de LSVb tegen minister Ritzen had aangespannen, kon worden geannuleerd.
De Eerste Kamer had zich bij de behandeling van het wetsvoorstel reeds bijzonder kritisch uitgelaten over de haast waarmee minister Ritzen de prestatiebeurs wilde invoeren. De woordvoerders van de regeringsfracties PvdA, VVD en D66 lieten weten toch voor de wet te zullen stemmen, gezien het grote financiële belang van de prestatiebeurs. Deze levert eenbezuiniging op van meer dan een miljard gulden. In het regeerakkoord is een bezuiniging van 1,5 miljard gulden op het hoger onderwijs opgenomen.
Dissidenten
Jongstleden dinsdag bleek echter dat zich in de `paarse’ fracties enkele dissidenten bevonden, die hun ernstige bezwaren tegen de snelle invoering lieten prevaleren boven de eenheid van de coalitie. Na afloop van de stemming noemde D66- senator Mertens de prestatiebeurs ,,een onrechtvaardige maatregel”. VVD-er Van Boven sprak over een ,,ongewenste koppeling tussen studiefinanciering en cursusduur”. De garantie van minister Ritzen dat het aantal fouten bij de invoering van de prestatiebeurs binnen een aanvaardbare marge zou blijven, was voor de oppositie niet overtuigend geweest. CDA, Groen Links en klein rechts stemden dan ook tegen.
Twee dissidenten waren in principe onvoldoende, omdat de coalitie van PvdA, VVD en D66 samen over 40 van de 75 zetels in de Eerste Kamer beschikken. Er ontbraken echter ook vier leden van de VVD en D66. Ook twee CDA-leden waren niet bij de stemming. (HOP/P.E.)
De invoering van de prestatiebeurs in september gaat niet door. De Eerste Kamer verwierp het wetsvoorstel afgelopen dinsdag met de kleinst mogelijke meerderheid: 35-34. De senatoren Van Boven (VVD) en Mertens (D66) stemden, in tegenstelling tot de overige leden van hun fractie, tegen het wetsvoorstel.
Door het besluit is de beperking van de beurs tot vier jaar van de baan. De studenten die in september gaan studeren krijgen vijf jaar studiefinanciering volgens de regels van de tempobeurs. Als zij jaarlijks voldoende studiepunten halen, mogen zij hun beurs houden. Anders wordt hij omgezet in een lening. Bij de prestatiebeurs waren slechts twee meetpunten: na één jaar moest een student 70 procent van z’n punten hebben gehaald, en na zes jaar het doctoraaldiploma. Zoniet, dan moest de student eveneens zijn studiefinanciering aan de overheid terugbetalen.
De verwachting is dat minister Ritzen de prestatiebeurs nu in 1996 wil invoeren. Volgens zijn woordvoerder is het zeer lastig ,,om een andere maatregel te verzinnen met dezelfde opbrengst, maar zonder vervelende neveneffecten”.
Het uitstel van de prestatiebeurs zorgt vooralsnog voor een gat van 550 miljoen gulden in de begroting van onderwijs. Minister Ritzen, die sprak over ,,een bittere teleurstelling”, wil dit tekort niet zelf oplossen. Hij noemde het een probleem van het kabinet. Dat bespreekt de kwestie deze week.
Volgens Ritzens woordvoerder komt het potje van 500 miljoen gulden ter verbetering van het onderwijs niet in gevaar. Een nieuwe bezuiniging op de studiefinanciering of een verhoging van het collegegeld is volgens de woordvoerder uitgesloten.
De vereniging van universiteiten (VSNU) en de Hbo-Raad lieten dinsdag direct weten dat het tekort niet op de universiteiten en hogescholen mag worden verhaald. Ook de studenten mogen volgens deze organisaties niet het slachtoffer worden van alternatieve bezuinigingen.
De VSNU meent dat de fundamentele discussie over de toekomst van de studiefinanciering nu snel moet worden gestart. Ritzen wilde daarmee beginnen na de invoering van de prestatiebeurs. De studentenorganisaties LSVb en ISO hebben zeer verheugd gereageerd. ,,We hebben meteen een fles champagne opengetrokken”, juichte ISO-bestuurslid Merel Heymens Visser na de stemming in de Eerste Kamer. LSVb en ISO waren bang voor chaotische taferelen bij de toekenning van studiefinanciering. Het kort geding dat de LSVb tegen minister Ritzen had aangespannen, kon worden geannuleerd.
De Eerste Kamer had zich bij de behandeling van het wetsvoorstel reeds bijzonder kritisch uitgelaten over de haast waarmee minister Ritzen de prestatiebeurs wilde invoeren. De woordvoerders van de regeringsfracties PvdA, VVD en D66 lieten weten toch voor de wet te zullen stemmen, gezien het grote financiële belang van de prestatiebeurs. Deze levert eenbezuiniging op van meer dan een miljard gulden. In het regeerakkoord is een bezuiniging van 1,5 miljard gulden op het hoger onderwijs opgenomen.
Dissidenten
Jongstleden dinsdag bleek echter dat zich in de `paarse’ fracties enkele dissidenten bevonden, die hun ernstige bezwaren tegen de snelle invoering lieten prevaleren boven de eenheid van de coalitie. Na afloop van de stemming noemde D66- senator Mertens de prestatiebeurs ,,een onrechtvaardige maatregel”. VVD-er Van Boven sprak over een ,,ongewenste koppeling tussen studiefinanciering en cursusduur”. De garantie van minister Ritzen dat het aantal fouten bij de invoering van de prestatiebeurs binnen een aanvaardbare marge zou blijven, was voor de oppositie niet overtuigend geweest. CDA, Groen Links en klein rechts stemden dan ook tegen.
Twee dissidenten waren in principe onvoldoende, omdat de coalitie van PvdA, VVD en D66 samen over 40 van de 75 zetels in de Eerste Kamer beschikken. Er ontbraken echter ook vier leden van de VVD en D66. Ook twee CDA-leden waren niet bij de stemming. (HOP/P.E.)
![](https://delta.tudelft.nl/wp-content/uploads/2023/08/Delta_favicon.png)
Comments are closed.