Education

Nieuw huursysteem SDSH vooral ‘eerlijker’

De SDSH voert vanaf 1 oktober nieuwe huurprijzen in. Sommige studentenwoningen zullen minder gaan kosten, andere kamers (met name in de binnenstad) gaan flink in huur omhoog.

Volgens de SDSH en de bewonersorganisatie Abo is het nieuwe systeem een stuk eerlijker dan het oude. ,,Vanaf 1 oktober hebben alle woningen dezelfde prijs-kwaliteit verhouding. Daarbij blijft de totale huursom voor de SDSH hetzelfde.”

Met de hulp van een adviesbureau heeft de SDSH de afgelopen tijd bekeken of de verhouding tussen prijs en kwaliteit van haar woningenbestand wel klopte. Zo is voor iedere woning een nieuwe streefhuur vastgesteld, die zowel hoger als lager uit kan pakken dan de huidige huurprijs. Nieuw in dit beoordelingssysteem is dat zaken als de afstand tot de binnenstad, het station en de TU ook in de herberekening zijn meegenomen. Als gevolg hiervan wordt de huur van de meeste woningen in de binnenstad opgetrokken.

Volgens Peter van Hemmen, hoofd bewonerszaken van de SDSH, is de herberekening een gevolg van het feit dat de SDSH sinds vorig jaar zelf mag bepalen wat de huurprijs van een kamer moet zijn. ,,Vroeger bepaalde het ministerie de huurprijs van studentenwoningen. De criteria daarvoor veranderden voortdurend, waardoor de huurprijzen tamelijk willekeurig waren. Voor twee gelijkwaardige woningen golden soms heel verschillende huren. Daar had verder niemand wat over te zeggen.”

In 1992 liet de minister de huren van zelfstandige woningen al vrij, vorig jaar dus ook die van onzelfstandige. Olaf van der Aa, bestuurslid van de Abo, is te spreken over het nieuwe systeem. ,,De totale huursom is gelijk gebleven. Natuurlijk is de huurprijs van studentenwoningen nog altijd veel te hoog. Het verschil met vroeger is dat de zware last nu eerlijker verdeeld wordt. De woonlasten worden nu evenredig verdeeld over alle bewoners. De basisbeurs is toch ook voor iedereen gelijk.”

Omdat de SDSH de huren jaarlijks wettelijk met niet meer dan zes procent mag verhogen, zullen de streefhuren, indien hoger dan de huidige huren, alleen ingevoerd kunnen worden, wanneer een nieuwe huurder de woning betrekt en er dus een nieuw huurcontract opgesteld wordt. Van Hemmen: ,,De SDSH heeft 4700 huurders. In 1994 werden er 1700 nieuwe huurovereenkomsten gesloten, dit jaar nog meer.” Door het grote verloop verwacht de SDSH dus relatief snel het nieuwe huursysteem in te kunnen voeren. Woningen die niet van huurder wisselen zullen jaarlijks met de maximale huurverhoging (zes procent) worden verhoogd, net zolang tot de streefhuur is bereikt.

Een probleem vormen de interne verhuizingen in studentenhuizen. Van der Aa: ,,In de cultuur van de binnenstadspanden is het vaak de gewoonte dat mensen doorschuiven wanneer iemand vertrekt.” Voor iedereen die doorschuift, stelt de SDSH tegenwoordig een nieuw huurcontract op. Dat zou betekenen dat de doorschuivers direct de hogerestreefhuur zouden moeten gaan betalen. Dat vond ook de SDSH iets te ver gaan, daarom is afgesproken dat de huurprijzen in dat geval maximaal met vijfentwintig gulden mogen stijgen.

Het nieuwe huursysteem zal het onderverhuren van kamers waarschijnlijk in de hand werken. Daarom zullen volgens Van Hemmen in geval van interne verhuizingen de kamers daarop gecontroleerd worden.

Nieuw huursysteem of niet, feit blijft dat de huren voor studentenkamers in Delft hoog zijn, vindt Van der Aa. ,,De media besteden veel aandacht aan de voortdurende kortingen op de basisbeurs. Vergeten wordt dat de studenten ook steeds meer geld kwijt zijn voor bijvoorbeeld huur. Studenten worden van twee kanten uitgekleed.” Van der Aa geeft toe dat de SDSH over het algemeen nog altijd goedkoper is dan particulieren. Tegelijk vindt hij dat de SDSH door onder andere een efficiëntere werkwijze en woonbeheer de kosten en dus de huren moet proberen te drukken.

Volgens Van Hemmen doet de SDSH er van alles aan om de student financieel te sparen; de woningbouwvereniging heeft het tij echter niet mee. ,,Vroeger werden de tekorten van de SDSH door het rijk aangezuiverd. Toen de subsidiekraan werd dichtgedraaid, bleek ons huishoudboekje niet te kloppen.” De SDSH zag zich genoodzaakt de huren een aantal jaren achtereen met gemiddeld vijfenhalf procent te verhogen. Op grond van een financiële meerjarenraming verwacht Van Hemmen dat de jaarlijkse huurverhoging over vier jaar nog maar drie procent hoeft te bedragen. Daarnaast lijkt het hem niet onredelijk en ondenkbaar dat ook de TU in de toekomst zijn steentje aan studentenhuisvesting bij zal dragen. ,,Als huisvesting een belangrijke keuzefactor voor toekomstige studenten is, dan zou dat niet onlogisch zijn.”
(K.V.)


Figuur 1 Olaf van der Aa en Peter van Hemmen

Kees Versluis

De SDSH voert vanaf 1 oktober nieuwe huurprijzen in. Sommige studentenwoningen zullen minder gaan kosten, andere kamers (met name in de binnenstad) gaan flink in huur omhoog. Volgens de SDSH en de bewonersorganisatie Abo is het nieuwe systeem een stuk eerlijker dan het oude. ,,Vanaf 1 oktober hebben alle woningen dezelfde prijs-kwaliteit verhouding. Daarbij blijft de totale huursom voor de SDSH hetzelfde.”

Met de hulp van een adviesbureau heeft de SDSH de afgelopen tijd bekeken of de verhouding tussen prijs en kwaliteit van haar woningenbestand wel klopte. Zo is voor iedere woning een nieuwe streefhuur vastgesteld, die zowel hoger als lager uit kan pakken dan de huidige huurprijs. Nieuw in dit beoordelingssysteem is dat zaken als de afstand tot de binnenstad, het station en de TU ook in de herberekening zijn meegenomen. Als gevolg hiervan wordt de huur van de meeste woningen in de binnenstad opgetrokken.

Volgens Peter van Hemmen, hoofd bewonerszaken van de SDSH, is de herberekening een gevolg van het feit dat de SDSH sinds vorig jaar zelf mag bepalen wat de huurprijs van een kamer moet zijn. ,,Vroeger bepaalde het ministerie de huurprijs van studentenwoningen. De criteria daarvoor veranderden voortdurend, waardoor de huurprijzen tamelijk willekeurig waren. Voor twee gelijkwaardige woningen golden soms heel verschillende huren. Daar had verder niemand wat over te zeggen.”

In 1992 liet de minister de huren van zelfstandige woningen al vrij, vorig jaar dus ook die van onzelfstandige. Olaf van der Aa, bestuurslid van de Abo, is te spreken over het nieuwe systeem. ,,De totale huursom is gelijk gebleven. Natuurlijk is de huurprijs van studentenwoningen nog altijd veel te hoog. Het verschil met vroeger is dat de zware last nu eerlijker verdeeld wordt. De woonlasten worden nu evenredig verdeeld over alle bewoners. De basisbeurs is toch ook voor iedereen gelijk.”

Omdat de SDSH de huren jaarlijks wettelijk met niet meer dan zes procent mag verhogen, zullen de streefhuren, indien hoger dan de huidige huren, alleen ingevoerd kunnen worden, wanneer een nieuwe huurder de woning betrekt en er dus een nieuw huurcontract opgesteld wordt. Van Hemmen: ,,De SDSH heeft 4700 huurders. In 1994 werden er 1700 nieuwe huurovereenkomsten gesloten, dit jaar nog meer.” Door het grote verloop verwacht de SDSH dus relatief snel het nieuwe huursysteem in te kunnen voeren. Woningen die niet van huurder wisselen zullen jaarlijks met de maximale huurverhoging (zes procent) worden verhoogd, net zolang tot de streefhuur is bereikt.

Een probleem vormen de interne verhuizingen in studentenhuizen. Van der Aa: ,,In de cultuur van de binnenstadspanden is het vaak de gewoonte dat mensen doorschuiven wanneer iemand vertrekt.” Voor iedereen die doorschuift, stelt de SDSH tegenwoordig een nieuw huurcontract op. Dat zou betekenen dat de doorschuivers direct de hogerestreefhuur zouden moeten gaan betalen. Dat vond ook de SDSH iets te ver gaan, daarom is afgesproken dat de huurprijzen in dat geval maximaal met vijfentwintig gulden mogen stijgen.

Het nieuwe huursysteem zal het onderverhuren van kamers waarschijnlijk in de hand werken. Daarom zullen volgens Van Hemmen in geval van interne verhuizingen de kamers daarop gecontroleerd worden.

Nieuw huursysteem of niet, feit blijft dat de huren voor studentenkamers in Delft hoog zijn, vindt Van der Aa. ,,De media besteden veel aandacht aan de voortdurende kortingen op de basisbeurs. Vergeten wordt dat de studenten ook steeds meer geld kwijt zijn voor bijvoorbeeld huur. Studenten worden van twee kanten uitgekleed.” Van der Aa geeft toe dat de SDSH over het algemeen nog altijd goedkoper is dan particulieren. Tegelijk vindt hij dat de SDSH door onder andere een efficiëntere werkwijze en woonbeheer de kosten en dus de huren moet proberen te drukken.

Volgens Van Hemmen doet de SDSH er van alles aan om de student financieel te sparen; de woningbouwvereniging heeft het tij echter niet mee. ,,Vroeger werden de tekorten van de SDSH door het rijk aangezuiverd. Toen de subsidiekraan werd dichtgedraaid, bleek ons huishoudboekje niet te kloppen.” De SDSH zag zich genoodzaakt de huren een aantal jaren achtereen met gemiddeld vijfenhalf procent te verhogen. Op grond van een financiële meerjarenraming verwacht Van Hemmen dat de jaarlijkse huurverhoging over vier jaar nog maar drie procent hoeft te bedragen. Daarnaast lijkt het hem niet onredelijk en ondenkbaar dat ook de TU in de toekomst zijn steentje aan studentenhuisvesting bij zal dragen. ,,Als huisvesting een belangrijke keuzefactor voor toekomstige studenten is, dan zou dat niet onlogisch zijn.”
(K.V.)


Figuur 1 Olaf van der Aa en Peter van Hemmen

Kees Versluis

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.