Education

Nieuwe richtlijnen voor mensproeven

De TU krijgt nieuwe richtlijnen voor mensproeven. Onderzoekers zullen voor iedere mensproef een protocol aan een onafhankelijke deskundige moeten voorleggen.

Wanneer hij akkoord gaat kan de proef beginnen, zo niet dan moet de onderzoeker voor toestemming naar de Toetsingscommissie voor Mensproeven.

Dit staat in het voorstel van het college van bestuur aan de u-raad. De mensproeven vinden voornamelijk plaats bij de faculteiten Werktuigbouwkunde en Industrieel Ontwerpen.

Het maken van goede richtlijnen blijkt geen eenvoudige opgave. Het is nu al de vierde maal dit jaar dat het onderwerp op de bestuurlijke kalender staat. En toch bleef het stuk ook deze keer in de u-raadsvergadering hangen. De u-raad en het college van bestuur zijn het nu wel over de hoofdlijnen eens, maar de juridische details zijn nog niet in orde. Eerder, in de raadscommissie voor onderwijs en onderzoek (Urcoo), stelde rector Wakker zich al zeer bescheiden op: ,,Roept u maar, wij hebben uw hulp nodig.”

Hiermee spoorde de rector de Urcoo-leden aan mee te denken over de juridische formuleringen. Deze formuleringen waren bij behandeling in de u-raad nog niet rond, wat het voorstel op een maand uitstel kwam te staan.

De belangrijkste wijziging in het huidige voorstel, dat dus inhoudelijk wel overeind blijft, is dat geprobeerd wordt zo veel mogelijk verantwoordelijkheid bij de onderzoekers te houden. Alleen als de onderzoekers het niet eens worden met een onafhankelijke deskundige over de omschrijving van de proef, zal de toetsingscommissie zich nog vooraf over de proeven uitspreken.

Ook is het begrip mensproef beter gedefinieerd. Bij vorige richtlijnen vielen namelijk ook tentamens onder mensproeven. In de nieuwe richtlijnen worden deze uitgesloten, ‘omdat het geen onderzoeksactiviteit betreft’.

Nieuw is dat iedere deelnemer aan mensproeven een overeenkomst moet onderteken, zodat deze voldoende geïnformeerd aan de proef begint. Tegelijk wordt er binnen elke faculteit iemand verantwoordelijk gesteld voor het coördineren van de proeven. Dit was in het verleden niet altijd even duidelijk geregeld.

Wanneer de juridische formuleringen zijn uitgedokterd, kunnen de uit december 1989 stammende richtlijnen met een besluit van de u-raad door de nieuwe vervangen worden. (S.H.)

Steven Hubeek

De TU krijgt nieuwe richtlijnen voor mensproeven. Onderzoekers zullen voor iedere mensproef een protocol aan een onafhankelijke deskundige moeten voorleggen. Wanneer hij akkoord gaat kan de proef beginnen, zo niet dan moet de onderzoeker voor toestemming naar de Toetsingscommissie voor Mensproeven.

Dit staat in het voorstel van het college van bestuur aan de u-raad. De mensproeven vinden voornamelijk plaats bij de faculteiten Werktuigbouwkunde en Industrieel Ontwerpen.

Het maken van goede richtlijnen blijkt geen eenvoudige opgave. Het is nu al de vierde maal dit jaar dat het onderwerp op de bestuurlijke kalender staat. En toch bleef het stuk ook deze keer in de u-raadsvergadering hangen. De u-raad en het college van bestuur zijn het nu wel over de hoofdlijnen eens, maar de juridische details zijn nog niet in orde. Eerder, in de raadscommissie voor onderwijs en onderzoek (Urcoo), stelde rector Wakker zich al zeer bescheiden op: ,,Roept u maar, wij hebben uw hulp nodig.”

Hiermee spoorde de rector de Urcoo-leden aan mee te denken over de juridische formuleringen. Deze formuleringen waren bij behandeling in de u-raad nog niet rond, wat het voorstel op een maand uitstel kwam te staan.

De belangrijkste wijziging in het huidige voorstel, dat dus inhoudelijk wel overeind blijft, is dat geprobeerd wordt zo veel mogelijk verantwoordelijkheid bij de onderzoekers te houden. Alleen als de onderzoekers het niet eens worden met een onafhankelijke deskundige over de omschrijving van de proef, zal de toetsingscommissie zich nog vooraf over de proeven uitspreken.

Ook is het begrip mensproef beter gedefinieerd. Bij vorige richtlijnen vielen namelijk ook tentamens onder mensproeven. In de nieuwe richtlijnen worden deze uitgesloten, ‘omdat het geen onderzoeksactiviteit betreft’.

Nieuw is dat iedere deelnemer aan mensproeven een overeenkomst moet onderteken, zodat deze voldoende geïnformeerd aan de proef begint. Tegelijk wordt er binnen elke faculteit iemand verantwoordelijk gesteld voor het coördineren van de proeven. Dit was in het verleden niet altijd even duidelijk geregeld.

Wanneer de juridische formuleringen zijn uitgedokterd, kunnen de uit december 1989 stammende richtlijnen met een besluit van de u-raad door de nieuwe vervangen worden. (S.H.)

Steven Hubeek

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.