Achttien opleidingen van de Universiteit van Amsterdam hebben in één klap twee kwaliteitszegels gekregen: één van onderwijskeurmeester NVAO en één van een internationale vereniging van business-opleidingen.
Het is de eerste gezamenlijke accreditatie van de NVAO met een buitenlandse partner. De gesprekken over zo’n samenwerking begonnen in 2006.
In het Nederlandse hoger onderwijs krijgen opleidingen elke zes jaar de NVAO op bezoek. Dan moeten ze laten zien dat hun onderwijs in orde is. Maar sommige disciplines vragen ook stempels van goedkeuring aan internationale kwaliteitskeurmeesters.
Dat is goed voor hun internationale reputatie, want in verre buitenlanden als China kennen ze de NVAO natuurlijk niet. Het nadeel is de extra moeite die ze moeten doen: nog eens formulieren invullen, weer bewijs aanleveren, een tweede commissie van deskundigen op bezoek. Kan dat niet slimmer, was de gedachte.
Na jarenlange gesprekken maakte de NVAO vorig jaar afspraken met de AACSB (Association to Advance Collegiate Schools of Business). Ze gingen gebruikmaken van dezelfde commissie van deskundigen. De NVAO heeft een vergelijkbare overeenkomst gesloten met een andere Europese organisatie voor business-opleidingen, de EFMD, en is daarnaast in gesprek met de Association of MBA’s.
“Het liefst zou ik willen dat ik met één accreditatie alle vier de keurmerken verkrijg”, zei vorig jaar decaan Han van Dissel van de faculteit economie en bedrijfskunde aan de Universiteit van Amsterdam. Het scheelt volgens hem enorm veel werk.

Comments are closed.