Het nu al anderhalf jaar slepende conflict tussen tien voormalige bewoners van een studentenhuis aan de Arnoldstraat/Van der Heimstraat en hun vroegere huisbaas lijkt voorlopig tot een einde gekomen.
br />
Vorige week stelde de kantonrechter in Delft de kamerverhuurder P. in het ongelijk. P. was bij de kantonrechter in hoger beroep gegaan tegen een uitspraak van de Huurcommissie, die voor de studenten gunstig was uitgevallen. Bovendien vroeg hij de rechter te erkennen dat hij een pensionbedrijf voerde en geen kamerverhuurbedrijf. De huurders stelden dat P., die zonder advocaat ter zitting verscheen, vooral bezig was de Huurprjzenwet te omzeilen.
De kantonrechter oordeelde dat de huurprijzenwet wel degelijk van toepassing was omdat er feitelijk geen sprake zou zijn van een pension. Zo waren de verhuurde kamers ongemeubileerd en werd er geen ontbijt verstrekt. Ook het verzoek van de verhuurder om dan toch tenminste de – volgens de wet – maximaal redelijke huurprijs op te leggen, werd afgewezen.
Diezelfde huurwet schrijft namelijk voor dat bij een all-in huur 55 procent van de door het puntenstelsel bepaalde huur de nieuwe vastgestelde huur is.
Voor P. is het vonnis geen verrassing. Hij gaf bij de zitting al te kennen weinig fiducie te hebben in een voor hem goede afloop van de zaak. P. is niet van plan verdere rechtswegen te bewandelen.
(P.v.D.)
Het nu al anderhalf jaar slepende conflict tussen tien voormalige bewoners van een studentenhuis aan de Arnoldstraat/Van der Heimstraat en hun vroegere huisbaas lijkt voorlopig tot een einde gekomen.
Vorige week stelde de kantonrechter in Delft de kamerverhuurder P. in het ongelijk. P. was bij de kantonrechter in hoger beroep gegaan tegen een uitspraak van de Huurcommissie, die voor de studenten gunstig was uitgevallen. Bovendien vroeg hij de rechter te erkennen dat hij een pensionbedrijf voerde en geen kamerverhuurbedrijf. De huurders stelden dat P., die zonder advocaat ter zitting verscheen, vooral bezig was de Huurprjzenwet te omzeilen.
De kantonrechter oordeelde dat de huurprijzenwet wel degelijk van toepassing was omdat er feitelijk geen sprake zou zijn van een pension. Zo waren de verhuurde kamers ongemeubileerd en werd er geen ontbijt verstrekt. Ook het verzoek van de verhuurder om dan toch tenminste de – volgens de wet – maximaal redelijke huurprijs op te leggen, werd afgewezen.
Diezelfde huurwet schrijft namelijk voor dat bij een all-in huur 55 procent van de door het puntenstelsel bepaalde huur de nieuwe vastgestelde huur is.
Voor P. is het vonnis geen verrassing. Hij gaf bij de zitting al te kennen weinig fiducie te hebben in een voor hem goede afloop van de zaak. P. is niet van plan verdere rechtswegen te bewandelen.
(P.v.D.)
Comments are closed.